Inschatting sedimentverwerking AMORAS: deelrapport 1. Sedimentaanvoer historisch perspectief - literatuurstudie
De Maerschalck, B. (2025). Inschatting sedimentverwerking AMORAS: deelrapport 1. Sedimentaanvoer historisch perspectief - literatuurstudie. Versie 4.0. WL Rapporten, 22_099_1. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. VII, 16 + 3 p. bijl. pp. https://dx.doi.org/10.48607/308
Deel van: WL Rapporten. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. , meer
|
|
| Beschikbaar in | Auteurs |
|
Documenttype: Projectrapport
|
| Trefwoorden |
Harbours and waterways > Interaction with structures > Locks > Density currents
Hydraulics and sediment > Sediment > Dredging and dumping
Literature and desktop study
Sediments
|
ContactgegevensOpdrachtgever: Vlaamse overheid; Beleidsdomein Mobiliteit en Openbare Werken; Vlaams Ministerie van Mobiliteit en Openbare Werken; Departement Mobiliteit en Openbare Werken; Afdeling Maritieme Toegang , meer
| Abstract |
AMORAS (Antwerpse Mechanische Ontwatering, Recyclage en Applicatie van Slib) draagt bij aan een duurzame en langdurige oplossing voor de berging en verwerking van de onderhoudsbaggerspecie gebaggerd binnen het dokkencomplex Antwerpen rechteroever. De AMORAS installaties worden in opdracht van DMOW Maritieme toegang uitgebaat door een exploitant. Het lopende exploitatie-contract loopt af 30 september 2026. Ten behoeve van de opmaak van het nieuwe bestek voor exploitatie wordt een inschatting gemaakt van de jaarlijkse aanvoer baggerspecie voor verwerking.
De aangevoerde specie is afkomstig van baggerwerken bij het wegwerken van historische achterstand aan onderhoud, baggerwerken bij infrastructuurwerken en de reguliere onderhoudsbaggerwerken voor het verwijderen van het slib dat via de sluizencomplexen en zoetwaterafvoer in het dokkencomplex geïmporteerd wordt.
De veruit voornaamste bron van vers slib dat de haven binnenkomt is de densiteitgedreven uitwisseling via de sluiskolken tijdens het versassen. De cijfers in de literatuur lopen uiteen. Geschat wordt dat per versassing bij het sluizencomplex Berendrecht en Zandvlietsluis tussen de 10 tot 75 TDS/versassing sediment geïmporteerd wordt. De brede range is afhankelijk van de sterk variërende sediment concentraties langs Schelde zijde, de variatie in het verschil in saliniteit tussen Schelde en dokken, maar ook andere factoren zoals de tijd dat de deuren openstaan voor en na het versassen. De Boudewijn en Van Cauwelaertsluizen zijn dan wel kleiner dan de Berendrecht en Zandvlietsluis, maar gemiddeld gezien zijn de sedimentconcentraties langs de Scheldezijde van de sluizen hier hoger. Geschat wordt dat tussen de 200 000 en 400 000 TDS/jaar via de sluiskolken geïmporteerd wordt, echter de getallen in de literatuur lopen erg uit elkaar, dit zal nog verder onderzocht worden op basis van data en modelonderzoek.
De import via de spuiriolen is van een orde kleiner dan deze via de sluiskolk. Deze wordt begroot op zo’n 20 000 à 25 000 TDS/jaar. Aangenomen wordt dat de import via de omloopriolen verwaarloosbaar is, en zelfs exporterend kan zijn. Ook de export van sediment via de slibvang van de Zandvlietsluis wordt als verwaarloosbaar ingeschat ten opzicht van het totale jaarlijkse baggerbeslag. De import van sediment via de zoetwatertoevoeren Alberkanaal en Groot Schijn worden geschat op zo’n 8000 TDS/jaar.
Het totale baggerbeslag is niet gelijk aan de geschatte jaarlijkse sediment import en varieert sterk van jaar tot jaar. Over de jaren heen ligt het gemiddelde jaarlijkse baggerbeslag rond de 500 000 – 525 000 TDS/jaar. In de eerste jaren na de ingebruikname van de AMORAS installatie in 2011, lag het baggerbeslag aanzienlijk hoger. Onderzoek heeft echter aangetoond dat in die tijd tot 50% van het sediment gestort in de AMORAS onderwatercel rechtstreeks terugvloeide naar het Kanaaldok B1-B2. Momenteel wordt het gemiddelde stortverlies op 10% geschat. |
|
