Sluis Wintam: Bepaling hydraulische belasting op drooglegkuip
Verelst, K.; López Castaño, S. (2024). Sluis Wintam: Bepaling hydraulische belasting op drooglegkuip. Versie 3.0. WL Rapporten, 23_106_1. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. VI, 32 + 1 p. bijl. pp. https://dx.doi.org/10.48607/251
Deel van: WL Rapporten. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. , meer
|
|
| Beschikbaar in | Auteurs |
|
Documenttype: Projectrapport
|
| Trefwoorden |
Forces
Harbours and waterways > Interaction with structures > Locks
|
| Author keywords |
Main propeller; Return currents; Dewatering caisson |
| Project | Top | Auteurs |
- Bepaling hydraulische belasting op droogzetkuip over rails sluis Wintam, meer
|
ContactgegevensOpdrachtgever: De Vlaamse Waterweg , meer
| Abstract |
De sluis te Wintam vormt de verbinding tussen de Zeeschelde en het Zeekanaal Brussel-Schelde en laat toe schepen te verschutten met een breedte tot 24.0 m en een diepgang tot 8.8 m. Zowel in het bovenhoofd als in het benedenhoofd bevinden zich twee roldeuren. Bij het buiten dienst zijn van een van beide roldeuren ten gevolge van onderhoud of technisch falen is de continuïteit voorzien door de andere roldeur. De rails van de onderrolwagen van de roldeuren zijn echter in slechte staat. Om die reden plant de Vlaamse Waterweg regio Centraal (DVW) een renovatie van deze rails. Aangezien de sluis te Wintam de enige toegang is tot het Zeekanaal Brussel-Schelde is het onmogelijk om deze sluis voor een lange tijd buiten dienst te stellen en wordt door DVW de bouw van een drooglegkuip gepland. Het ontwerp van deze drooglegkuip wordt uitgevoerd door afdeling Expertise Beton en Staal.
Het toepassen van de drooglegkuip impliceert een lokale vermindering van de kielspeling met 1.5 m. Gelet op de nauwe sectie tussen schip en sluis bij de minimale kielspeling vraagt DVW aan het Waterbouwkundig Laboratorium om de hydraulische krachten ten gevolge van scheepvaart op de drooglegkuip te begroten. Bij binnenvaren van een sluis kunnen enkel de retourstroming en de stroming ten gevolge van de hoofdschroef van schepen mogelijk de stabiliteit van de drooglegkuip in gevaar brengen.
De retourstroming is begroot voor 12 condities bij binnenvaren van de sluiskolk aan Scheldezijde en 5 condities bij binnenvaren van de sluiskolk aan kanaalzijde. Hierbij zijn vooral combinaties van breedtes van schepen, diepgang en waterstanden beschouwd waarbij de minimale kielspeling bereikt wordt. Daarnaast is ook de invloed van de breedte, diepgang en kielspeling van het schip op de grootte van de retourstroming onderzocht. De grootte van de stroming ten gevolge van de hoofdschroef is bepaald voor 3 schepen met de grootste breedte en/of met de grootste diepgang. Daarna is de verticale kracht op het bovenvlak van de drooglegkuip bepaald aan de hand van de formulering voor de liftkracht op een element in een stroming en is de horizontale kracht op de zijwand van de drooglegkuip bepaald aan de hand van de formulering voor de kracht van een stroming loodrecht op een vlakke plaat.
Zowel voor retourstroming als voor de stroming ten gevolge van de hoofdschroef worden krachten op het bovenvlak en het zijvlak van de drooglegkuip berekend die beduidend lager zijn dan de druk van het water op het bovenvlak. Bijgevolg zal de stabiliteit van de drooglegkuip niet in gedrang komen. |
|
