Het belang van marien onderzoek en innovatie is groter dan ooit tevoren. De sleutelrol die de oceaan inneemt bij het aanpakken van grote maatschappelijke uitdagingen, drijft dit mee aan. Het Vlaams en Belgische mariene onderzoeks- en innovatielandschap neemt dan ook een steeds prominentere rol in met hoogstaand, internationaal-georiënteerd onderzoek op het raakvlak tussen mens, milieu en economie. Dat blijkt uit de gestandaardiseerde tellingen die de afdeling Beleidsinformatie van het VLIZ jaarlijks uitvoert in het kader van het Compendium voor Kust en Zee. In 2023 maakte het VLIZ voor het tiende jaar op rij een inventaris en bundelde de resultaten in het nieuwe ‘Indicatorrapport Marien Onderzoek en Innovatie 2023’.
Een toenemend belang van marien onderzoek en innovatie
De toenemende aandacht voor multidisciplinair marien onderzoek uit zich in een gestage groei van de mariene onderzoekscapaciteit in België en Vlaanderen. Vandaag telt ons marien onderzoekslandschap niet minder dan 135 onderzoeksgroepen en meer dan 1.900 personeelsleden, een sterke stijging ten opzichte van de 82 groepen en 1.075 personeelsleden in 2013. De groei is vooral merkbaar in de Natuurwetenschappen en Ingenieurs- en Technologische Wetenschappen. Ze doet zich zowel voor aan de Vlaamse en Franstalige universitaire associaties en hogescholen als aan de Vlaamse en federale wetenschappelijke instellingen. We observeren overigens niet alleen een groei van de onderzoekscapaciteit bij de traditionele mariene onderzoeksgroepen. Ook bestaande initieel niet-zeegerichte onderzoeksgroepen zijn, al dan niet tijdelijk, gestart met mariene onderzoekslijnen.
Samen met de groei van de mariene wetenschappen in Vlaanderen en België, neemt ook het aantal peer-reviewed publicaties toe: van 486 (2008) naar 879 (2021). Daarbij richten onze mariene onderzoekers hun blik stevig op het buitenland, zowel voor wat betreft het studiegebied als op het vlak van samenwerking. Eveneens karakteristiek voor het Vlaams en Belgisch marien onderzoek is de citatie-impact die ruim boven het globaal gemiddelde uitsteekt, en de hoge graad van openbaarheid (open access). Deze toename in kwantiteit en impact van het Vlaams-Belgisch marien onderzoek gaat gepaard met significante investeringen in state-of-the-art onderzoeksinfrastructuur. Toonbeelden hiervan zijn de twee moderne mariene onderzoeksschepen, RV Belgica (federaal) en RV Simon Stevin (Vlaams).
Stijgende financiering voor marien onderzoek en innovatie
De excellentie van de Vlaams/Belgische mariene onderzoeks- en innovatiegemeenschap en de toegenomen aandacht voor de oceaan vertalen zich in een aanzienlijke toename aan binnengehaalde competitieve middelen. Dit manifesteert zich bij uitstek in kanalen zoals het Horizon Europe-programma, waarbij de toename op het vlak van toegepast marien onderzoek en innovatie in het oog springt. Op Vlaams niveau fungeert De Blauwe Cluster (2018) – de blauwe Vlaamse speerpuntcluster – als een belangrijke katalysator voor marien onderzoek en innovatie. De financiering van fundamenteel wetenschappelijk onderzoek door kanalen als FWO, BOF en BELSPO vertoont eerder een stagnerende of licht dalende trend over de bestudeerde periode, al blijven de toegekende middelen aanzienlijk. Op federaal niveau zien we een belangrijke opstap in de subsidies van het Energietransitiefonds (2016), een belangrijk financieringsinstrument voor offshore energieonderzoek, terwijl de O&I-middelen via BELSPO duidelijk afnemen.