Hoogtechnologisch LifeWatch-observatorium ontrafelt Noordzeeleven


Het tracking netwerk voor vissen telt momenteel 166 akoestische receivers in de Belgische Noordzee, de Westerschelde en verschillende rivieren en kanalen in België. Kaart: Lifewatch Belgium

Naar een Europees tracking netwerk voor vissen
In 2012 startte het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO), de Universiteit Gent (UGent), en het Vlaams Insitituut voor de Zee (VLIZ) met de uitbouw van een akoestisch receivernetwerk om gezenderde vissen te volgen. Momenteel bestaat het netwerk uit 166 receivers, verspreid over het Belgisch deel van de Noordzee, de Westerschelde en verschillende rivieren en kanalen in België. Sinds de start werden al meer dan 800 vissen gezenderd, voornamelijk van sterk bedreigde soorten zoals paling, kabeljauw en zalm.

Vissen leggen vaak grote afstanden af tussen verschillende habitats (vb. tussen zoet en zout water) en over de landsgrenzen heen. Gelijkaardige, buitenlandse netwerken kunnen mogelijks de ‘Belgische’ gezenderde vissen detecteren, en omgekeerd. Daarom werd in 2017 in het kader van het EU Horizon 2020 project AtlantOS een grootschalig Europees tracking netwerk (ETN) opgericht in samenwerking met LifeWatch, waarin het bestaande Belgische tracking netwerk werd opgenomen. Om de veelheid aan data die het tracking netwerk produceert op een gecoördineerde manier bij te houden, zette het VLIZ een datamanagementplatform op. Dit systeem laat toe om (meta)data toe te voegen aan de databank, te bewerken en te raadplegen.

Passief akoestische netwerk voor walvisachtigen
Het passief akoestische netwerk voor walvisachtigen is een netwerk van akoestische ontvangers (opgezet door VLIZ en OD Natuur), dat het echolocatiegeluid van bruinvissen en dolfijnen opspoort. Bruinvissen, dolfijnen en walvissen produceren klikgeluiden met verschillende frequenties om een exact beeld te verkrijgen van hun omgeving. Via in het water uitgehangen C-PODs (passieve akoestische apparaten) worden de klikgeluiden van zeezoogdieren geregistreerd die zich in de buurt van het apparaat bevinden.

 Ondertussen installeerde het VLIZ in het kader van het LifeWatch Observatorium reeds acht C-PODs aan boeien, scheepswrakken of artificiële harde structuren in het Belgisch deel van de Noordzee. De acht meettoestellen bevinden zich op een lijn die van oost naar west loopt en zowel de kust-nabije als de mid- en offshore zone van het Belgisch deel van de Noordzee dekt. Op regelmatige tijdstippen komen experten ter zake samen om de resultaten en voortgang van dit sensornetwerk te bespreken.


De gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus) in de vlucht. Foto: © Karl Van Ginderdeuren


Vleermuisdetectienetwerk aan de kust en op zee
Het passief akoestische netwerk voor vleermuizen is een netwerk van akoestische ontvangers (batcorders) die de echolocatiegeluiden van vleermuizen kunnen detecteren. Vleermuizen gebruiken echolocatie om zich te oriënteren en prooien te zoeken. De vleermuisroep varieert tussen verschillende soorten en levert zo informatie over soortspecifiek gedrag. Doorheen het jaar worden er met het LifeWatch vleermuisdetectienetwerk langs de Belgische kust twee pieken in vleermuisaantallen waargenomen, een in de lente en een in de herfst. Deze worden veroorzaakt door migrerende vleermuizen.

Tijdens de vleermuismigratie vormen estuaria belangrijke gebieden. Om informatie te verzamelen over de specifieke functies die estuaria bieden aan vleermuizen werden batcorders geïnstalleerd in de natuurreservaten van Het Zwin (Knokke-Heist) en IJzermonding (Nieuwpoort). Verder is er nog een meetpunt op het Marien Station Oostende en een offshore meetpunt op een windturbine op de Thorntonbank. Soorten die frequent in onze kustgebieden worden waargenomen zijn de gewone dwergvleermuis, de ruige dwergvleermuis, de rosse vleermuis, de laatvlieger en de watervleermuis.



Een van de eerste zilvermeeuwen die werd bezenderd in het LifeWatch-programma en sindsdien volgbaar is via het GPS-tracking netwerk voor vogels. Foto: VLIZ (Decleer)


Vogel tracking netwerk
Het GPS-tracking netwerk voor vogels is een sensornetwerk dat het habitatgebruik en de migratiepatronen van grote vogels zoals de zilvermeeuw, de kleine mantelmeeuw en de bruine kiekendief in kaart brengt. Het INBO stuurt het onderzoek in samenwerking met de Universiteit Gent (Onderzoeksgroep Terrestrische Ecologie) en de Universiteit van Amsterdam. Tot op heden kregen 154 meeuwen en 6 kiekendieven een zender en een naam en hun locaties (zowel historisch als in real-time) kunnen eenvoudig geraadpleegd worden via de online vogelkaart. Het VLIZ staat in voor de installatie, het onderhoud en de gegevensstroom van het sensornetwerk.
 
LifeWatch België: waar staan we anno 2018?
De voortgang van deze verschillende netwerken, alsook de hele Belgische LifeWatch infrastructuur (inclusief de terrestrisch component), werd eind januari 2018 op een tweedaagse bijeenkomst voorgesteld aan de gebruikers en belanghebbenden. Met 87 deelnemers afkomstig uit diverse Belgische onderzoeksinstellingen en universiteiten was het evenement, dat plaats vond in het VLIZ, een groot succes. Meer info over de vooruitgang die LifeWatch Belgium reeds heeft gemaakt en de verschillende gebruikersverhalen voorgesteld tijdens de bijeenkomst is terug te vinden via de LifeWatch Belgium-website.

Wil je zelf aan de slag met de Lifewatch-infrastructuur of -data? Bekijk dan zeker de interactieve kaart met alle sensoren van het observatorium. Of start met het exploreren van de data gegenereerd binnen het LifeWatch Belgium Mariene Observatorium.

Neem gerust contact op met ons bij vragen of interesse. Contacteer hiervoor Stefanie Dekeyzer: stefanie.dekeyzer@vliz.be | +32-(0)59-34 01 84