ISECA creëerde een enquête om enerzijds het grote publiek te sensibiliseren rond eutrofiëring en anderzijds de mogelijke acties die bijdragen tot de aanpak van het probleem in vraag te stellen. Hiervoor verzamelde ISECA vragen die in de eerste plaats de publieke perceptie van het fenomeen bepalen, en ten tweede, de sociaal-economische criteria aangaande eutrofiëring weergeven.

De keuze experiment (CE) methode kan worden gebruikt om economische waarde te schatten voor vrijwel elk ecosysteem of milieudienst en kan worden gebruikt voor niet-gebruik en gebruikswaarde schatten. Het is een hypothetische methode die ​​mensen vraagt om hun keuzes kenbaar te maken op basis van een hypothetisch scenario. Mensen worden niet direct gevraagd hun waardering te vermelden in euro's. In plaats daarvan worden de waarden afgeleid uit de hypothetische keuzes of afwegingen die mensen maken.

De CE-methode vraagt ​​de respondent een voorkeur tussen een groep van ecosysteem-diensten of aspecten, tegen een bepaalde prijs of kosten voor het individu, en een andere groep van de milieukenmerken tegen een andere prijs of kosten aan te geven. Omdat de methode zich richt op compromissen tussen scenario's met verschillende eigenschappen, is de voorwaardelijke keuze methode vooral geschikt voor beleidsbeslissingen waar een set van mogelijke acties kunnen resulteren in verschillende effecten op natuurlijke hulpbronnen of milieudiensten.

In de CE-vragenlijst over eutrofiëring gebruiken we het geval van verontreiniging door afvalwater en de landbouw afstroming, twee bronnen die gevolgen hebben op het  menselijk gebruik van de kustwateren en een belangrijk leefgebied voor verschillende diersoorten. Omdat er verschillende mogelijke maatregelen voor de verbetering en het behoud van de waterkwaliteit zijn, vragen wij het brede publiek hun voorkeur en beleving op verschillende maatregelen aan te geven, samen met de bijbehorende bereidheid tot betalen. De eerste twee aspecten hebben betrekking op de  twee belangrijkste antropogene oorzaken van eutrofiëring. De eerste daarvan is een verbetering van de rioolwaterzuiveringsinstallaties en de effecten van onjuiste of ontoereikende behandeling van afvalwater op de waterkwaliteit. Het tweede  betreft het verminderen van nutriënten in rivieren en estuaria voornamelijk afkomstig van de landbouwsector. Een derde aspect is de kostprijs. Hierbij wordt de “Willingness-To-Pay” (WTP) van de respondenten voor de verbetering van de waterkwaliteit in kustgebieden ten gevolge van eutrofiëring onderzocht.

Beleidsmakers kunnen gebruik maken van de voorkeuren van mensen voor beleidsmaatregelen, die daarmee kunnen worden afgewogen in termen van kosten en baten voor het brede publiek. Autoriteiten kunnen de resultaten van de studie gebruiken om de waterkwaliteit te verbeteren en zodoende passende maatregelen te doen nemen in de toekomst.

Klik hier om deel te nemen aan de enquête!