Aandacht: toegang tot de WAS is beperkt! U dient eerst in te loggen!
(Paswoord of gebruikersnaam vergeten? Nog geen account? Contacteer Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.)

De WAS is een webgebaseerd platform en integreert Aardobservatie (AO) data en in-situ data met demonstratie scenario's van modelberekeningen voor typische indicatoren van eutrofiëring zoals het 90 percentiel van chlorofyl a in de Zuidelijke Noordzee (voor het project gedefinieerd als het gebied tussen lengtegraad 6° W en 7° O en breedtegraad 48° - 54° N welke het Britse kanaal omvat). De modelscenario's zijn gebaseerd op de ruimtelijke verdeling van de saliniteit (zoutgehalte) en empirische relaties met andere parameters die bepaald zijn in het kader van het OSPAR Programma (OSPAR, 2008). De resultaten voor de oorspronkelijke omstandigheden (zonder menselijke impact) zijn geschaald op basis van stikstofvracht van de rivieren om de indicatorwaarden voor de actuele- en OSPAR probleemcondities (origineel +50%) te bekomen. De stikstofvrachten voor de Schelde zijn gebaseerd op Vermaat et al., 2012. De dichtheid en kwaliteit van deze data en representativiteit van de empirische relaties bepalen de kwaliteit van het demonstratiemodel. Het Netcdf dataformaat dat wordt gebruikt in de WAS laat gemakkelijke uitbreidingen toe van het demonstratiemodel met meer complexe of gedetailleerde modellen voor eutrofiëring. Terwijl de in-situ gegevens en AO data kunnen gebruikt worden om de huidige status en de evolutie van veranderingen van eutrofiëring na te gaan, kunnen de simulatiemodellen gebruikt worden om de verbetering van de waterkwaliteit voor verschillende mogelijke beheersstrategieën opgelegd door de EU lidstaten te bestuderen.

Het belangrijkste doel van de WAS is om de toegevoegde waarde te demonstreren wanneer in-situ metingen (afkomstig van schepen en meetboeien) gecombineerd worden met AO data (afkomstig van satellieten). De AO data worden beheerd door het Plymouth Marine Laboratory (PML), de in-situ data en demonstratie modelscenario's zijn opgeslagen op een geoserver bij het Vlaams Instituut voor Technologisch Onderzoek (VITO). De AO data en modelresultaten worden gevisualiseerd gemaakt door middel van de webservices WMS en WFS. Verschillende kaarten kunnen als lagen op elkaar worden gelegd door, indien nodig, gebruik te maken van transparante achtergronden. Aanvullend biedt de WAS tijdsgrafieken voor trendanalyse van in-situ data die werden opgeladen en waarbij de belangrijke pieken in parameters voor eutrofiëring getoond kunnen worden.

De huidige versie van de WAS is bedoeld als demonstratietoepassing. Deze laat data updates en vervanging van modelscenario's toe met resultaten van complexere modellen.

Klik hier om naar de WAS webapplicatie te gaan!

Klik hier om de WAS User Manual te downloaden

Een uitgebreidere handleiding is online beschikbaar. Hier geven we een korte samenvatting. Een interactieve kalender geeft de gebruiker snel toegang tot gegevens die beschikbaar zijn voor bepaalde kalenderdagen (zie figuur).

WAS interface met kalendergebaseerde selectie van AO en in-situ data. Onderaan de modelscenario selectie (niet getoond) en de trend analyse grafiek voor in-situ data.

In-situ metingen worden op de kaart en de grafiek weergegeven als gemarkeerde puntlocaties. Alle modelscenario's refereren naar langetermijn gemiddelden (jaarlijks of seizoensgebonden). Het is daarom niet zinvol en mogelijk deze direct te vergelijken met de AO data of in-situ metingen. De verschillende modelscenario's worden getoond met een 1x1 km resolutie en opgeslagen als Climate and Forestry NetCDF bestanden. Voorbeelden van scenario's zijn een sterke reductie in o.a. de grootte van de veestapel, het gebruik van kunstmest e.d., of een combinatie van alle onderzochte maatregelen (deze laatste resulteert in bijna 80% daling van de stikstofbelasting). Een referentie of "business-as-usual" scenario is beschikbaar ter vergelijking. Verder speelt ook de atmosferische input van activiteiten op land en zee zoals industrie en scheepvaart een significante rol in eutrofiëringsprocessen. Daarom bevat de WAS ook scenario's voor atmosferische deposities. De simulaties van atmosferisch transport van gassen zijn uitgevoerd door de Universiteit van Greenwich (UofG) en maken gebruik van Europese weerkundige data uit het verleden (www.ecmwf.int) en emissiegegevens op een 7x7 km resolutie, welke door VITO voor de jaren 1990, 2000 en 2009 zijn berekend (Maes et al., 2009). De atmosferische inbreng wordt voorgesteld als depositiegegevens van stikstofoxides en ammoniak voor elke maand van het bestudeerde jaar en voor elke industriële- en landbouwsector die hierin belangrijk zijn.

Meer informatie:

1. ICES, 2012. International Council for the Exploration of the Sea Oceanographic Database. 2012. ICES, Copenhagen.
2. Maes J., Vliegen J., Van de Vel K., Janssen S., Deutsch F. and De Ridder K. Spatial surrogates for the disaggregation of CORINAIR emission inventories. Atmospheric Environment 43, 1246-1254. 2009.
3. OSPAR, 2008. Report on the second application of the OSPAR Comprehensive procedure to the Belgian Marine Waters. Report by Belgium. Federal Public Service Health, Food Chain Safety and Environment, 70 pages. 2008. www.ospar.org.
4. Vermaat, J.E., Broekx, S., Van Eck, B., Engelen, G., Hellmann, F., De Kok, J.L., Van der Kwast, H., Maes, J., Salomons, W. and Van Deursen, W., 2012. Nitrogen source apportionment for the catchment, estuary and adjacent coastal waters of the Scheldt, Special Issue - A Systems Approach for Sustainable Development in Coastal Zones, Ecology and Society 17 (2): 30.