Oudere artikels (periode 2000-2020) worden weergegeven in hun oorspronkelijke opmaak.
Je zocht naar een artikel uit een van de oudere jaargangen uit ons archief, toen deze nieuwsbrief nog VLIZINE heette (periode 2000-2020). De oudste nieuwsbrieven werden niet geoptimaliseerd voor weergave op deze website, daarom zie je ze nog in hun oorspronkelijke opmaak.
VLIZINE jrg. 12, nr. 9-10 (september-oktober 2011)
VLIZINE
jrg. 12, nr. 9-10 (september-oktober 2011)
Ht
e-zine met praktische informatie over onderzoek en beleid door en voor
Vlaamse mariene wetenschappers.
Deze
gratis on line uitgave van het Vlaams Instituut voor de Zee vzw verschijnt
maandelijks en wordt verspreid onder alle genteresseerden.
V.U.:
Jan Mees
Redactie: Nancy Fockedey, Jan Seys en Hans Pirlet
Reacties
naar jan.seys@vliz.be
Volg VLIZ nu ook op Twitter:
@jmeesvliz
Het
Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ)
wil via dit e-zine maandelijks informeren over de eigen activiteiten en die van
onderzoeks- en beleidsgroepen in Vlaanderen actief in de mariene en
kustgebonden wetenschappen. Alle nuttige informatie van uw kant (zoals
vacatures, nieuwe projecten, vraag voor samenwerking, interessante symposia,
etc.) wordt graag ingewacht om in het eerstvolgende VLIZINE te worden opgenomen. Dit bericht bereikt u via de VLIZINE
rondzendlijst. Om u in te schrijven stuur een (leeg) mailtje naar: vlizine-subscribe@vliz.be ; uitschrijven
kan via vlizine-unsubscribe@vliz.be.
Archieven van dit e-zine zijn raadpleegbaar via deze link.
1.
Kalender
1.1. Vissen in het verleden van de Belgische
zeevisserij
1.2. Onderwatererfgoed in de kijker op internationaal
colloquium in Brussel
1.3. Mondelinge geschiedenis vissersvrouwen in theatershow en
fototentoonstelling
1.4. Fish & Run: film over
Vlaamse vis en vissers
1.5.
Ziektecontrole en hygine doorheen de aquacultuurvoedselketen
1.6. VLIZ Jongerencontactdag Mariene Wetenschappen 2012:
oproep voor abstracts
1.7. ICES/PISCES Conference for Early Career Scientists
1.8. Eerste wereldconferentie
Oceans, Climate and Security - GCOCS 2012
2. Publicaties
2.1. Klimaatswijziging in de
oceaan: wat weten we ervan?
2.2. Verzuring, het andere CO2-probleem
in boek en DVD
2.3. Ontdek de zeewetenschappen in een boek over een
onbekende wereldoceaan
2.4. Volg het VLIZ en
zeeonderzoek nu ook op Twitter
2.5. Atlas CO2-waarden
oppervlaktewater wereldoceanen
2.6.
Indicatorenset Schelde-estuarium maakt blik op langetermijn mogelijk
2.7. Over het masterplan
kustveiligheid, voldoende zand en superstormen
2.8. De oudste Ronde van Vlaanderen rijdt ook langs de
kust
2.9. Mariene ruimtelijke planning in Belgi: tijd om opportuniteiten waar
te maken 2.10. Voor wie Oostends wil leren
3. Vacatures, beurzen en fondsen
3.1. NAVIGO- Oostduinkerke
zoekt cordinator wetenschappelijk werk
3.2. Prof. Mrio Ruivo
Filmwedstrijd voor studenten: de zee & ons dagelijks leven
3.3.
Specialist OBIS-programma in New Brunswick
3.4. VLIZ
Aanmoedigingsprijs 2011 voor pas afgestudeerde mariene wetenschappers
3.5.
North Sea Award 2011 beloont Noordzee-onderzoek
3.6. Werkstages en
onderzoeksprojecten op Griekse eilanden herfst/winter 2011
3.7. Marine Board secretariaat in Oostende op zoek naar
Junior Science Officer
3.8. BMM werft marien
onderzoeker aan
3.9. Win een trip met de
Zeeleeuw
3.10. Postdoc monitoring polluenten en afval van zuidelijke Europese
zeen
4. Belgisch marien onderzoek in de
kijker
4.1.
Warmere oceaan drijft vraatzuchtige koningskrabben richting Antarctica
4.2.
Milieueffecten van windmolenparken op zee
5. Nieuwe projecten zee- en
kustonderzoek
5.1. Samen sterk in onderzoek
naar gezonde en productieve zeen en oceanen
5.2.
Uitbouw ISECA-portaal over algenbloei en eutrofiring in Noordzee en Kanaal
5.3. Havensteden zetten koers
naar duurzame energie
6. Varia
6.1. Tewaterlating nieuw
Vlaams onderzoeksschip Simon Stevin in Roemeni
6.2. Zeecijfers over het
Belwind windmolenpark
6.3. Zeezoogdierennieuws: bultrug, reuzenhaai en orkas
6.4. Convenant Duurzame Visserij door Vlaamse
visserijsector
6.5.
Planktoninvasies op kinder-TV
6.6. Doctoraten
7. vraagbaak
7.1.
Stop vervuiling van zee met microplastiek door verzorgingsproducten
1.1. Vissen
in het verleden van de Belgische zeevisserij
Het agentschap
Onroerend Erfgoed en het Vlaams Instituut voor de Zee organiseren op vrijdag 25
november 2011 de studiedag Vissen in het verleden die een multidisciplinaire
kijk wil geven op de geschiedenis van de Belgische zeevisserij. In een eerste
sessie wordt de overheidsinmenging in de zeevisserij door de eeuwen heen
behandeld. Want sociaaleconomische beleidsvoering, subsidies, technische
visserijmaatregelen en beschermingsmaatregelen voor visbestanden zijn immers
geen recent fenomeen, maar al eeuwenlang een feit. In een tweede sessie zullen
een 10-tal sprekers op een interactieve manier Verrassende verhalen uit het
verleden aanbrengen. Ze zullen dit doen aan de hand van voorwerpen, beelden of
citaten, boeiende en in de vergetelheid geraakte verhalen. De derde sessie
handelt over de pladijs, die vandaag veruit de belangrijkste soort is in de
Belgische aanvoerstatistieken. Maar is dat altijd zo geweest? Deelname aan de
studiedag is gratis, maar gezien de beperkte ruimte is inschrijven noodzakelijk
vr 18 november. Een uitgebreid programma en inschrijven vind je op www.vliz.be/events/zeevisserij.
[top]
1.2. Onderwatererfgoed
in de kijker op internationaal colloquium in Brussel
Dit jaar bestaat de
Unesco Conventie voor de bescherming van het onderwatererfgoed precies 10 jaar.
Om deze verjaardag gepast te vieren wordt op 13 en 14 december 2011 in Brussel
een internationaal wetenschappelijk colloquium georganiseerd m.b.t. de
verschillende factoren die het onderwatererfgoed benvloeden/bedreigen en de
mogelijke oplossingen hiervoor. Dit colloquium wordt georganiseerd door UNESCO
in nauwe samenwerking met de Katholieke Universiteit Leuven, de Universiteit
Gent en het Agentschap Onroerend Erfgoed. Meer informatie vindt u op de website
www.unesco.org/new/en/culture/themes/underwater-cultural-heritage.
Wel snel inschrijven! Vr 1 november bij mevr. Cornelis (caressa.cornelis@asro.kuleuven.be).
[top]
1.3. Mondelinge geschiedenis vissersvrouwen in
theatershow en fototentoonstelling
Achter elke succesvolle
man staat een sterke vrouw, zegt men wel eens. En dat is niet anders bij
vissers. Vissersvrouwen behartigen tijdens de lange perioden van afwezigheid
van hun echtgenoot op hun eentje de belangen van het gezin. Maar daarnaast
staat ze dikwijls ook haar man bij in zijn werk: pluizak en panger
klaarzetten, netten breien, vis verkopen, de financile kant van de zaak ter
harte nemen. Soms combineert ze dit dan nog met een eigen job. Het is duidelijk
dat het leven van een vissersvrouw zeker even interessant is als dat van een
visser. Met deze gedachte in het achterhoofd vatte de Provincie West-Vlaanderen
een project mondelinge geschiedenis aan om het huidige leven van de vrouw
achter de visser te documenteren en te bewaren voor het nageslacht. De weelde
aan materiaal die de interviews hebben opgeleverd, verdienden echter beter dan
in een archief te worden opgeborgen. Vanaf het laatste weekend van oktober tot
eind november reist een toneelvoorstelling Vesche vis en nieuwe liefde langs
5 kusttheaters in Blankenberge, Knokke-Heist, Koksijde, Nieuwpoort en Oostende.
In dezelfde vijf kustgemeenten loopt in het najaar eveneens de
fototentoonstelling Vissersvrouw. Eind oktober komt de documentaire Vesche
vis en nieuwe liefde uit op DVD. Meer informatie op: www.west-vlaanderen.be/genieten/Cultuur/erfgoed/maritiem_erfgoed/vissersvrouwen
[top]
1.4. Fish & Run: film over Vlaamse vis en vissers
vzw Climaxi en vzw t Uilekot maakten samen met
Victoria Deluxe en Friends of the Earth een documentaire over vis en Vlaamse
vissers. De film neemt je mee op vistocht en leert je over de
levensomstandigheden van de Vlaamse vissers en hun gemeenschap. Maar ook
interviews met politici, vissers, wetenschappers, reders en dies meer komen aan
bod. De film toont de ook op zee geldige wet van de groten eten de kleintjes
op en stelt zich vragen als: Is er nog voldoende vis om de Vlaamse visserij
recht te houden? Naar wie gaan de subsidies? Welk effect hebben de Europese
reglementeringen? Hoe zit de controle in elkaar? Moet er een zone op zee
gereserveerd worden voor passieve vissers? Wie heeft de touwtjes in handen? Hoe
groot is het zwarte viscircuit? Hoe kunnen we voor vis en vissers een toekomst
garanderen?, etc. De film gaat op tournee door enkele zalen in Vlaanderen en is
ook te verkrijgen op DVD. Programma, reservatie en aankoopinformatie op: http://www.climaxi.be/node/37
[top]
1.5. Ziektecontrole en hygine doorheen de
aquacultuurvoedselketen
Het platform
Aquacultuur Vlaanderen (www.aquacultuurvlaanderen.be),
een netwerk van bedrijven en onderzoeksgroepen die in Vlaanderen bezig zijn met
aquacultuur, is voor hun eerstkomende meeting te gast bij het Instituut voor
Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO) in Oostende. Verschillende sprekers
zullen het op dinsdag 22 november 2011 (13:30-15:30) hebben over gezondheidsmanagement,
reiniging en disinfectie in de aquacultuur en visverwerking. Naast twee bedrijfsvoorstellingen
is er zeker tijd om te netwerken en ideen uit te wisselen. Meer informatie is
te bekomen bij Nancy Nevejan (Nancy.Nevejan@UGent.be
of 09 264 37 60). Een gedetailleerd programma is te vinden via www.aquacultuurvlaanderen.be/index.php?option=com_content&view=article&id=853.
[top]
1.6. VLIZ Jongerencontactdag Mariene Wetenschappen 2012:
oproep voor abstracts
Voor de twaalfde keer
op rij organiseert het VLIZ deze bruisende ontmoetingsdag voor alle mariene
wetenschappers in Vlaanderen en omstreken. Op vrijdag 24 februari kan je in
Brugge (KHBO) komen proeven van de kwaliteit, de diversiteit en de relevantie
die dit multidisciplinaire Vlaamse zeeonderzoek biedt in een uitgebreide
postersessie en een reeks pitch presentaties (maximaal 5 minuten). Iedereen
maar vooral ook jonge wetenschappers willen we stimuleren om er hun werk voor
te stellen en vr 9 december 2011 een korte, Engelstalige abstract (max. 500
woorden) in te dienen, waarin hun onderzoek op een duidelijke en aantrekkelijke
manier wordt voorgesteld. Denk bij het opstellen van het abstract aan een stijl
die uitdagend is voor een breder publiek en het communiceren over dit boeiende
onderwerp en zijn nut voor de maatschappij mogelijk maakt. De 20 beste
abstracts zullen door een vakjury geselecteerd worden om mee te dingen in de
wedstrijd voor de beste pitch presentatie, alle andere abstracts doen mee met
de wedstrijd voor beste poster. Het programma wordt gefinaliseerd in de loop
van januari 2012. Meer informatie en template voor het indienen van abstract
op: www.vliz.be/NL/Home/&p=show&id=2809.
[top]
1.7. ICES/PISCES Conference for Early Career Scientists
Tussen 24 en 27 april
gaat in Mallorca (Spanje) een internationale conferentie door voor jonge
mariene wetenschappers genaamd Oceans of Change. Hier ligt de organisatie
in handen van ICES (International Council for the Exploration of the Sea),
PISCES (North Pacific Marine Science Organization) en NOAA (National Oceanic
and Atmospheric Administration) en is de locale gastheer IMEDEA (Mediterranean
Institute for Advanced Studies). In
de vier dagen durende conferentie worden plenaire sessies, waarin zowel keynote
speakers als jonge wetenschappers spreken, afgewisseld met workshops met
carrireadvies voor jonge onderzoekers (schrijven van projectvoorstellen,
communicatie, aantrekken van fondsen,) en promotie van nieuwe samenwerking.
Genoeg uitleg om je aangesproken te voelen? Neem dan heel snel een kijkje op www.ices.dk/marineworld/oceans en haast je met
het indienen van een abstract (vr 31 oktober).
[top]
1.8. Eerste
wereldconferentie Oceans, Climate and Security - GCOCS 2012
De Global
Conference on Oceans, Climate and Security (GCOCS 2012) wordt voor het eerst
georganiseerd door het Collaborative Institute for Oceans, Climate and Security
van de University of Massachusetts en de Battelle Memorial Institute (Boston,
21-23 mei 2012). De driedaagse
wil het bewustzijn aanscherpen voor de problemen die de oceanen ondervinden ten
gevolge van de klimaatswijziging en de veiligheidsbedreigingen die eruit
volgen. Ook zullen de kennishiaten in de wetenschap en technologie
gedentificeerd worden en zullen nodige aanpassingen in het veiligheidsbeleid
voorgesteld worden. Een breed publiek van academici, beleidsmakers,
verzekeraars, havenbedrijven en andere klimaat- en veiligheidsgerelateerde
professionals van overal ter wereld is welkom om deel te nemen aan de
discussies. Meer info op www.gcocs.org.
[top]
2.1.
Klimaatswijziging in de oceaan: wat weten we ervan?
Het
Europese FP7-project CLAMER slaagde er in om de onderzoeksresultaten van om en
bij de 130 Europese onderzoeksprojecten rond de klimaatswijzigingen op mariene
ecosystemen te bundelen in n wetenschappelijk syntheserapport en deze samen
te vatten in enkele bondige informatieve sheets en een vlot leesbare brochure.
Ook is een analyse gemaakt van de effecten van al deze eerdere projecten om hun
resultaten bij een breder publiek te krijgen. En dat blijkt bedroevend laag te
zijn. Dat Europese burgers te weinig weten over de oceaan in het algemeen en de
effecten van klimaatswijzigingen op diezelfde oceanen blijkt ook uit de enqute
die in het kader van het CLAMER-project bij 10.000 personen uit 10 landen
gehouden werd. In een uitgebreid rapport en samenvattende brochure lees je meer
over deze poll. In de 50 minuten durende CLAMER-documentaire Living with a warming ocean zie je een mix
van de klimaatseffecten die momentaal al waarneembaar zijn in Europese zeen en
reacties van burgers van over gans Europa. Alle materiaal is te downloaden via www.clamer.eu/library.
[top]
2.2. Verzuring, het andere CO2-probleem in boek en
DVD
De meeste mensen
associren het broeikaseffect met een toename van koolzuurgas in de atmosfeer.
Maar velen vergeten (of weten nog niet) dat een derde van die CO2
opgenomen wordt door de oceanen, die hierdoor verzuren. Sinds het begin van de
industrile revolutie zijn de oceanen dan ook gemiddeld 30% zuurder geworden.
De wetenschap over hoe de oceaan en de erin levende kalkhoudende organismen
(zoals schelpen, koralen, inktvissen en plankton) exact zullen reageren op dit
fenomeen staat nog maar in haar kinderschoenen. Enkele jaren terug werden dan
ook enkele grootschalige internationale onderzoeksprojecten opgestart, zoals
het Europese project EPOCA (www.epoca-project.eu).
Voor wetenschappers, studenten en beleidmakers die meer willen weten over de
bevindingen van deze projecten, is er nu het boek Ocean Acidification. Zowel
de chemische, biologische, biogeochemische als sociaaleconomische implicaties
van de oceaanverzuring passeren de revue, met speciale aandacht voor de impact
op mariene organismen en ecosystemen. Het boek gaat de heersende onzekerheden,
risico's en kantelmomenten van oceaanverzuring niet uit de weg en doet dit
zowel op moleculaire en cellulaire schaal, als op het niveau van een organisme,
en van het zeer lokale niveau tot op wereldniveau. Ocean Acidification, onder
hoofdredactie van Jean-Pierre Gattuso en Lina Hansson, is verschenen bij Oxford
University Press in september 2011.
Eerder dit jaar kwam ook de documentaire Tipping point van regisseur Nicolas
Koutsikas uit. De film beschrijft de voornaamste bevindingen van het hier
eerder genoemde EPOCA-project en toont de kijker hoe oceaanverzuring de mariene
onderwaterwereld aantast. De film is beschikbaar op DVD en viel intussen al
meerdere keren in de prijzen. Meer op http://oceanacidification.wordpress.com/2011/01/13/tipping-point-a-new-documentary-on-ocean-acidification-with-video/.
[top]
2.3. Ontdek de zeewetenschappen in
een boek over een onbekende wereldoceaan
Op 19 oktober stelde
het VLIZ het nieuwe boek De Wetenschap van de Zee - over een onbekende
wereldoceaan voor in Oostende. De auteurs VLIZ medewerkers Evy Copejans en
Michiel Smits richten zich met deze uitgave over het zeewetenschappelijk
onderzoek naar iedereen die genteresseerd is in zeen en oceanen. Maar door de
keuze van de onderwerpen is het tevens een ideale leidraad voor leerkrachten
wetenschappen, met begrippen en concepten die relevant zijn voor het secundair
onderwijs.
De Wetenschap van de Zee laat je allerlei fascinerende mechanismen onder het
wateroppervlak ontdekken: eencelligen die een lichtje branden om een partner te
veroveren, badeendjes die de wereld via zeestromingen rondreizen, mammoeten die
ooit de Noordzeebodem bevolkten tot een zeespiegel die niet vlak is En wist je
bijvoorbeeld dat mensen net zoals dolfijnen blindelings obstakels kunnen
ontwijken door middel van echolocatie?
Voor leerkrachten is er vanaf 4 november de begeleidende praktijkwebsite www.zeewetenschappen.be, vol practica,
publicaties en links die bij het boek horen. Het boek kost 24,50 EUR en is te
koop via Fnac en Standaard boekhandel. Bestellen kan ook via de website van
uitgeverij ACCO (www.acco.be/uitgeverij/nl/publication/9789033484124/de+wetenschap+van+de+zee.+over+een+onbekende+wereldoceaan).
[top]
2.4. Volg het VLIZ en zeeonderzoek nu ook op Twitter
We kunnen met het VLIZ niet achterblijven in de
wereld van Facebook en Twitter Deze nieuwe media blijken immers een goede
manier om nieuwtjes tot bij genteresseerde gebruikers te krijgen, ze snel
verder te verspreiden en een dialoog mogelijk te maken. Ben je zelf een
Twitteraar en wil je op de hoogte gehouden worden over wat er zich allemaal
afspeelt in het VLIZ, en in het mariene onderzoek in Vlaanderen en in de
wijdere wereld? Volg dan de dagelijkse tweets van Jan
Mees, directeur van het VLIZ:
@jmeesvliz
[top]
2.5. Atlas CO2-waarden oppervlaktewater wereldoceanen
De Surface Ocean CO2
Atlas (SOCAT) is een ambitieus project in april 2007 opgestart door het Global
Ocean Carbon project, SOLAS and IMBER. Ondertussen zijn 6,3 miljoen data
gentegreerd in n gestandaardiseerde databank; data verzameld tijdens 1.851
wetenschappelijke cruises over alle wereldoceanen tussen 1968 en 2007. Deze
gegevens zijn vrij beschikbaar via www.socat.info. Men
heeft ook een atlas aangemaakt met de maandelijkse gemiddelden van de gemeten
fugaciteitwaarden (fCO2), zijnde de gecorrigeerde
partieeldrukwaarden (pCO2). De website brengt tevens een handige
video met de gebruikershandleiding. Niettegenstaande de eerste versie van de
atlas pas op 14 september 2011 officieel gelanceerd werd, zijn er al plannen
voor een update. Versie 2 wordt eind 2012 verwacht, waarin nieuwe data zullen
verwerkt worden van cruises tot en met 31 december 2011. Mensen die over extra
fCO2-data zouden beschikken worden dan ook gevraagd deze toe te
leveren via het Carbon Dioxide Information Analysis Center (http://cdiac.ornl.gov/oceans/submit.html).
[top]
2.6. Indicatorenset Schelde-estuarium maakt blik op langetermijn
mogelijk
VLIZ ontwikkelde in
samenwerking met wetenschappers en beleidsmakers een set van indicatoren die op
een overzichtelijke wijze de algemene toestand van het Schelde-estuarium
weergeven. Deze indicatorenset maakt trends zichtbaar, brengt evoluties in de
streefdoelen in kaart, licht het ecologisch en sociaaleconomisch functioneren
van het systeem toe en laat toe verbanden te leggen en over randvoorwaarden te
communiceren. Themas zoals bevolkingsdruk, visserij, kwaliteit van het
oppervlaktewater, behoud van morfologie en dynamiek, veiligheid tegen
overstromen en andere komen aan bod. Bij elke indicator wordt via een
kernboodschap de essentie weergegeven. Voor meer cijfers en feiten komt de
lezer verder aan zijn trekken met de grafieken en tijdsreeksen, de kaarten en
de overzichtstabellen. Aan het eind van de samenvatting is een reeks
aanklikbare referenties beschikbaar.
Je kan de indicatorenset online raadplegen via de website van de ScheldeMonitor
(www.scheldemonitor.org/indicatoren.php).
Dit is het centraal kennissysteem rond onderzoek en monitoring in het
Schelde-estuarium dat wordt ingezet ter ondersteuning van de uitwerking van de
langetermijnvisie Schelde-estuarium. Alle bevindingen over de indicatorenset
werden tevens gebundeld in de VLIZ Special Publication 50: Indicatoren voor het
Schelde-estuarium (www.vliz.be/imis/imis.php?module=ref&show=html&refid=206086).
[top]
2.7. Over
het masterplan kustveiligheid, voldoende zand en superstormen
Een derde van onze 67 kilometer lange kust is
onvoldoende beschermd tegen de zogenaamde superstormen. Dit blijkt uit een
studie die de afdeling Kust uitvoerde om te onderzoeken hoe de Vlaamse kust op
een minimaal veiligheidsniveau gebracht kan worden tegen een zeer zware storm
en rekening houdt met de voorspelde effecten van de klimaatswijziging (tot
2050): zeespiegelrijzing, extreem langdurige regenperiodes, uiterst hoge
waterstanden, verzilting van de kustpolders, toename van zwaar stormweer, Het
zijn geen plaatjes uit een rampenfilm, maar de realiteit van vandaag. De
Vlaamse Regering keurde het Masterplan Kustveiligheid goed op 10 juni 2011. De
10 Vlaamse kustgemeenten verklaarden zich akkoord met deze uitvoeringsplannen
om de zeewering te versterken. In oktober werden de werken aangevat ter hoogte
van de meest zwakke schakels. Ben je benieuwd wanneer de werken in jouw
gemeente van start zullen gaan en wat er zal gebeuren? Volg het via www.kustveiligheid.be.
Maar over
kustveiligheid moet vandaag ook al verder dan 2050 nagedacht worden. De
voorspellingen van een versnellende zeespiegelstijging, hogere golven en
toenemend stormgeweld dwingen ons een tandje bij te steken. Dat onze kustlijn
er dan anders zal uit gaan zien is nu al zeker. Maar hoe moet dat volgens de
wetenschap gebeuren? Op 24 mei vernamen de deelnemers van de studiedag Moet er
nog zand zijn: een wetenschappelijke kijk op de kustlijn van morgen het
antwoord op deze vraag. Tien topexperten uit Vlaanderen en Nederland gaven hun
visie over wat te verwachten bij de visionaire, soms futuristische denkpistes
die circuleren: het ophogen van zandbanken tot eilanden, het drastisch opvoeren
van strand- en vooroeversuppleties met zand, het mogelijk herinrichten van
buitenhavengebieden, etc. In het referatenboek dat naar aanleiding van deze dag
werd uitgegeven (www.vliz.be/imis/imis.php?module=ref&refid=206154)
werden hun multidisciplinaire visies genoteerd. De presentaties van alle
sprekers zijn downloadbaar van op www.vliz.be/imis/imis.php?module=conference&confid=2423.
Ook Ray Nagin, de man die in 2005 burgemeester was van New Orleans was in het
land. Hij kwam op 13 oktober op het congres Superstormen vertellen over de
effecten van het wassende water in New Orleans tijdens en na de verwoestende
orkaan Katrina. Zijn boodschap was duidelijk: Wees voorbereid, zowel met de
kustverdediging als met de rampenplannen
Kustverdediging is duur, maar ontzettend veel goedkoper dan de kost van
de schade nadien Deze en andere beklijvende getuigenissen van de sprekers
trokken een debat op gang over de Belgische kustbescherming en de nood om onze
kwetsbare kust en haar inwoners en bezoekers nog beter te wapenen tegen een
catastrofale storm. Alle presentaties, reportages, persartikels en foto's van
het congres zijn beschikbaar via www.superstormen.be/congres
en www.superstormen.be/media.
[top]
2.8. De oudste Ronde van Vlaanderen
rijdt ook langs de kust
In het boek De oudste
Ronde van Vlaanderen, een archeologisch parcours bijeengeschreven door Anton
Ervynck van het Agentschap voor Onroerend Erfgoed en gellustreerd met fotos
door Kris Vandevorst word je als lezer meegenomen op een rit door
archeologisch Vlaanderen. Je krijgt allerlei relicten uit het verleden te zien,
plekken met een geheugen n een verhaal. En de zee komt meer dan eens in beeld.
Dat is natuurlijk niet verwonderlijk. De geschiedenis van Vlaanderen is voor
een groot deel door het zilte nat bepaald. Prehistorische mensen vonden de kust
een bron van overvloed, waar n schep uit de branding een maaltijd betekende.
De Romeinen probeerden als eersten het gebied tussen eb en vloed voor meer
aardse doeleinden te benutten: veeteelt en akkerbouw. In de middeleeuwen
dringen dijken de zee terug tot aan het strand en ontstaat een commercile
visserij. In vissersdorpen wordt meer vis aangebracht dan nodig voor eigen
consumptie. Vanaf dan zijn de vruchten van de zee op grote schaal in het
binnenland te vinden. Archeologische vindplaatsen zoals Stene, Oudenburg,
Raversijde, Antwerpen vertellen dit verhaal en komen dan ook prominent aan bod
in het boek. Wie dacht dat archeologie iets voor landrotten was, heeft het dus
grondig mis! De oudste Ronde is te vinden in de betere boekhandel of is
online te bestellen via: www.davidsfonds.be/publisher/edition/detail.phtml?id=2809.
[top]
2.9. Mariene ruimtelijke planning in Belgi: tijd om
opportuniteiten waar te maken
Terwijl ruimtelijke
ordening op het vasteland al jarenlang gebruikt wordt als instrument, blijft
ruimtelijke planning op zee een relatief nieuw concept. Sinds eeuwen terug
worden visgronden toegewezen aan bepaalde volkeren of wisten schippers waar zich
goede plaatsen bevonden om zand op te graven. Door een intensiever gebruik van
de zeen ontstond meer en meer nood aan overleg en structuur met betrekking tot
het gebruik van de Noordzee. Maritieme ruimtelijke planning of MRP is een
planningsproces waarbij de verschillende activiteiten op zee, zoals visserij,
scheepvaart, zandwinning, een plaats krijgen, zowel in tijd als in ruimte.
Hierbij wordt maximaal rekening gehouden met het ecosysteem en met het duurzaam
gebruik van onze kostbare maritieme bronnen. Het C-SCOPE project (www.cscope.eu) streeft ernaar om praktische casestudies uit te
werken, met focus op een gentegreerde planning over de land- en zeegrens heen.
Een ad-hoc werkgroep van onafhankelijke experts en wetenschappers stelde een
position paper op over mariene ruimtelijke planning in Belgi die aantoont
waarom een gentegreerde aanpak belangrijk is en welke stappen hiervoor
ondernomen moeten worden. Te downloaden via www.cscope.eu/_files/results/marine-mgmt-plan/belgium/noordzee-in-belgie-position-paper.pdf.
[top]
2.10. Voor wie Oostends wil leren
Vind je het Oostends
ook zon sappig taaltje? En zou je tijdens je volgende bezoek aan de koningin
der badsteden willen proberen spreken me je'n n bn in de z? Dan kan het nieuwe woordenboek van Roland
Desnerck je zeker helpen. Bijna veertig jaar na de eerste druk van het
woordenboek Oostends-Nederlands, realiseerde de auteur zich dat het eens
dringend tijd werd om de welwillende aangespoelden
en toeristen ook te bedienen met een woordenboek die Nederlands vertaalt naar
het Oostends. Het boek bestellen kan via roland.desnerck@telenet.be of 059 23 56 57.
[top]
3.1.
NAVIGO- Oostduinkerke zoekt cordinator wetenschappelijk werk
Het NAVIGO nieuwe
naam voor het Nationaal Visserijmuseum in Oostduinkerke zoekt een voltijds
medewerker (m/v) die instaat voor de cordinatie van het wetenschappelijke
onderzoek naar de geschiedenis van verschillende aspecten van zeevisserij en
maritiem erfgoed. Hij/zij publiceert de resultaten ervan in functie van de
diverse doelgroepen en draagt bij tot de ontsluiting van het bronnenbestand
voor onderzoekers, studenten en genteresseerden. Men is specifiek op zoek naar
een master in de geschiedenis, sociale/ economische geschiedenis, archeologie
of kunstwetenschappen. Kandidaturen kunnen ingediend worden tot 15 november.
Meer info via www.koksijde.be of via sollicitaties@koksijde.be. Informatie over het
museum: www.navigomuseum.be en directeur Maja
Wolny (maja.wolny@koksijde.be, 058 51 24 68, 0499
691 707).
[top]
3.2. Prof. Mrio Ruivo Filmwedstrijd voor studenten: de zee
& ons dagelijks leven
De filmwedstrijd Mrio
Ruivo spoort je aan om een filmpje of een animatie te maken, een documentaire
te draaien, een interview te tonen of simpelweg je eigen verhaal te vertellen
over onze link met de zee: Seas and Us - Links between Ocean and Daily Life
Activities. Europese studenten kunnen (alleen of in groep) deelnemen en
meedingen voor de prijs voor de meest originele film (2.000 en 3.000 EUR). Er
zijn twee leeftijdcategorien: 12-18 jaar (Junior) en 18-21 jaar (Senior).
Films mogen maximaal 15 minuten duren en moeten in het Engels zijn (of voorzien
zijn van Engelstalige ondertitels). Inzenden kan tot 25 maart 2012. Voor meer
informatie zie: www.eurocean.org/np4/2279.html.
[top]
3.3. Specialist OBIS-programma in New Brunswick
Het IOC-IODE zoekt een
programma specialist voor het beheer van het Ocean Biogeographic Information
System (OBIS) en het runnen van hun projectkantoor aan de Rutgers University
(New Brunswick, New Jersey, USA). De volledige functiebeschrijving is te vinden
op www.iode.org/jobs. Het inschrijvingsformulier
moet ten laatste tegen 1 december 2011 doorgestuurd worden.
[top]
3.4. VLIZ
Aanmoedigingsprijs 2011 voor pas afgestudeerde mariene wetenschappers
Ben je dit jaar of
vorig jaar afgestudeerd als marien wetenschapper aan een Vlaamse universiteit
of hogeschool? Ben je fier op je marien- of kustgerelateerd eindwerk? Stel je
dan kandidaat voor de VLIZ Aanmoedigingsprijzen Mariene Wetenschappen.
Inschrijven kan tot 15 november 2011. Net als voorgaande jaren worden door het
VLIZ twee prijzen uitgereikt: n uit de biologische inzendingen en n voor
niet-biologische topics. Zowel fundamentele als toegepaste
onderzoeksonderwerpen in alle takken van de mariene wetenschappen komen in
aanmerking. Als jouw werk uit al de inzendingen wordt gekozen, ben jij het die
de prijs van 500 EUR mag komen in ontvangst nemen op de VLIZ Jongerencontactdag
2012 op 24 februari 2012. Meer informatie over de deelnemingsvoorwaarden: www.vliz.be/NL/Over_het_VLIZ/VLIZ_Aanmoedigingsprijs.
[top]
3.5. North Sea Award 2011 beloont Noordzee-onderzoek
Het Vlaams Instituut
voor de Zee reikt elk jaar deze wetenschappelijke prijs uit als beloning voor
een recent, origineel en vernieuwend marien onderzoek (fundamenteel of
toegepast) dat zich toelegt op de studie van de structuur of het functioneren
van de Noordzee, met nadruk op de Zuidelijke Bocht of het Kanaal. Het
wetenschappelijke werk is bij voorkeur relevant voor het duurzaam beheer van de
beschouwde regio. Studies die de biodiversiteit van het lokale ecosysteem
behandelen zijn ook welkom. De bijdrage moet een postgraduaat of postdoctoraal
niveau hebben. De North Sea Award wordt jaarlijks toegekend aan een onderzoeker
of een onderzoeksgroep die werkt in en afkomstig is uit een land grenzend aan
de Noordzee. De prijs bedraagt 1000 EUR en is niet opdeelbaar. De North Sea
Award 2011 wordt officieel uitgereikt op de 12de VLIZ Jongerencontactdag
Mariene Wetenschappen op 24 februari 2012. Kandidaten worden verzocht hun
dossier in te dienen vr 15 november 2011. Meer informatie over de procedure
op www.vliz.be/NL/Over_het_VLIZ/VLIZ_North_Sea_Award.
[top]
3.6. Werkstages en onderzoeksprojecten op Griekse eilanden
herfst/winter 2011
De vzw Archipelagos -
Institute of Marine Conservation (www.archipelago.gr)
is een Griekse niet-gouvernementele organisatie die de mogelijkheid biedt om
veldwerkstages en kleine onderzoeksprojecten uit te voeren op de oostelijke
Griekse eilanden in de Egesche zee. Het ganse jaar sponsoren ze mensen die
willen deelnemen aan onderzoek en natuurbehoudsprojecten, of participeren in
veldcursussen. Jaarlijks is er plaats voor een 100-tal studenten en scholieren,
maar ook jong-afgestudeerden, leerkrachten en universiteitsonderzoekers zijn
welkom. Meer informatie via www.archipelago.gr/LinkClick.aspx?fileticket=sQWZ6yp5k2A%3d&tabid=73.
[top]
3.7. Marine Board secretariaat in
Oostende op zoek naar Junior Science Officer
De succesvolle kandidaat zal het hoofd van het
Marine Board secretariaat bijstaan in het uitvoeren van zijn kerntaken. Deze
houdt in samen met mariene wetenschappers te werken aan het ontwikkelen van een
wetenschappelijke strategie en een toekomstplanning van het Europese mariene
onderzoek. Daarnaast moet ook ondersteuning gegeven worden aan activiteiten die
door de Europese Commissie gefinancierd worden via het FP7 programma, en andere
contracten. Solliciteren moet vr 3 november 2011. Voor een uitvoerige
jobomschrijving: www.vliz.be/docs/vacatures/MB-JSO_06-10-11.pdf.
[top]
3.8.
BMM werft marien onderzoeker aan
De Beheerseenheid van
het Mathematisch Model van de Noordzee (BMM), departement van het Koninklijk
Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN), werft een marien
onderzoeker aan die zal werken op de modellering van organisch en anorganisch
genduceerde flocculatie van marien suspensiemateriaal. Hij/zij zal
verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling van een numeriek flocculatiemodel,
van de validatie van het model met metingen en van de implementatie ervan in de
structuur van de BMM modellen. Solliciteren is nodig vr 15 november. Meer
lezen op www.mumm.ac.be/NL/Jobs/index.php.
[top]
3.9. Win een trip met de Zeeleeuw
Geef je les aan de
derde graad ASO? Laat dan je leerlingen in het kader van de
onderzoekscompetenties een opdracht uitvoeren die verband houdt met milieu.
Bezorg de rapportering aan de MOSwijzer (Milieuzorg Op School) en voeg een
drukklaar artikel toe waarin je de resultaten van het onderzoek beschrijft. Een
jury van deskundigen beoordeelt de inzendingen. De klas van wie de tekst
gepubliceerd wordt in MOSterd het tijdschrift van MOS krijgt een uitnodiging
voor de Zeeleeuw of Electrawinds in de bus. Lees meer op www.lne.be/doelgroepen/onderwijs/mos/documenten/win-een-trip-met-de-zeeleeuw.
[top]
3.10. Postdoc monitoring polluenten en afval van zuidelijke
Europese zeen
Het Institute for
Environment and Sustainability van het Joint Research Centre (EC) in Ispra
(Itali) zoekt een post-doc voor het uitvoeren van een driejarig onderzoeksproject
rond het monitoren van chemische polluenten en afval in de Middellandse en
Zwarte Zee: http://ies.jrc.ec.europa.eu/uploads/fileadmin/call-for-grantholders-docs/GH2011-301135-H05.pdf.
Deadline: 9 november 2011. Algemene richtlijn over het solliciteren en werken
aan IES: http://ec.europa.eu/dgs/jrc/index.cfm?id=2030.
[top]
4.1. Warmere oceaan drijft vraatzuchtige koningskrabben richting
Antarctica
De koningskrab Neolithodes
yaldwyni breidt zijn verspreidingsareaal uit richting Antarctica. Dat
blijkt uit internationaal onderzoek waar wetenschappers van het RCMG van de
UGent aan meewerkten en waarvoor ze de onderwaterrobot ROV Genesis inzetten. In
het tijdschrift Proceedings of the Royal Society B beschrijven ze hun
bevindingen van deze invasie en wijten die aan de opwarming van de oceanen.
Tijdens een campagne in maart 2010 in Palmer Deep, een diep ingesneden bekken
middenin de Antarctische continentale helling, troffen ze er een grote groep
naar schatting 1,5 miljoen exemplaren reproductief actieve koningskrabben
aan. De larven van de krabben zijn er vermoedelijk terechtgekomen na een
tijdelijke instroom van warmer water in het gebied. Van de soort is bekend dat
ze niet kunnen overleven bij temperaturen lager dan 1,4 C. Berekeningen deden
de wetenschappers concluderen dat de watertemperatuur, zelfs in de diepste
delen van Palmer Deep nog tot 40 jaar terug te koud waren voor het overleven
van de soort. Maar de gemiddelde temperatuur van het zeewater stijgt er lokaal
met 0,1 graad per 10 jaar. Momenteel worden de krabben nog min of meer beperkt tot
de delen dieper dan 850 meter, waar het relatief warmer is. Maar de soort zou
zich in de loop van de komende tien twintig jaar verder kunnen verspreiden
over de continentale helling van Antarctica. De krabben zijn vraatzuchtige
rovers die in en op het sediment op zoek gaan naar bodemdieren, die ze
vervolgens verbrijzelen met hun scharen. Daar waar de krabben voorkwamen in
Palmer Deep was de bodemfauna zeer verarmd en waren er bijna geen zee-egels
aanwezig. Een uitbreiding van de populatie over de continentale helling van
Antarctica zou dus een ernstige verstoring van de bestaande voedselketen
betekenen. Het volledige artikel lees je via www.vliz.be/imis/imis.php?module=ref&refid=208373.
Filmpjes van de krabben kun je bekijken op http://rspb.royalsocietypublishing.org/content/early/2011/09/05/rspb.2011.1496/suppl/DC1.
[top]
4.2. Milieueffecten van
windmolenparken op zee
De windmolenparken in
het Belgisch deel van de Noordzee zorgen voor een aantal effecten op het
mariene milieu en moeten nauw opgevolgd worden. In het nieuwste
monitoringsrapport (www.vliz.be/imis/imis.php?module=ref&refid=207257)
werd na drie jaar een tussentijdse evaluatie gemaakt van deze effecten. Al in
het eerste jaar na installatie bleken de funderingen begroeid met 76 soorten
mariene fauna en flora. Omdat dit habitat van offshore hard substraat van
nature bijna niet voorkomt in de zuidelijke Noordzee, blijken deze nieuwe
artificile substraten er van groot belang te zijn voor de soorten van
intertidale harde substraten. Voor 17 soorten, waarvan acht niet-inheemse,
zullen de windmolenparken hun intrede in de zuidelijke Noordzee mee
faciliteren. De aangroei zorgt ervoor dat er meer organische stoffen in de
waterkolom aanwezig zijn, dan dat er van nature zo ver uit de kust aanwezig
zouden zijn. De fijnere partikeltjes organisch materiaal worden er vermengd met
het van nature puur zandige sediment. Daar blijken de grotere organismen die in
en op de bodem leven - respectievelijk macrobenthos en epibenthos genoemd - van
te profiteren. Ze blijken er na drie jaar in hogere densiteiten voor te komen
en de garnalen en krabben zijn gemiddeld groter in de parken dan erbuiten. Dit
alles trekt natuurlijk ook heel wat predatoren aan. Kabeljauw en steenbolk
komen seizoenaal veelvuldig voor rond de funderingen (soms tot 30.000
steenbolken rond n windmolen!). De gevreesde gevolgen voor zeevogels en
zeezoodieren blijken niet uit te komen. In tegendeel, de windmolens betekenen
een verhoogde voedselvoorraad en een rustplaats/herkenningspunt voor grote
stern en visdief op de Thorntonbank en voor stormmeeuw en zilvermeeuw op de
Blighbank. Wel is het zo dat hoe meer zeevogels er rond hangen, hoe groter het
risico wordt op botsing met de windmolens. Dit zal verder onderzocht worden met
een vogelradarsysteem. Voor de zeezoogdieren (vnl. bruinvis) blijven de
gevreesde effecten van geluidsverstoring uit: de operationele geluidsdruk van
de Belgische windmolens komt slechts in kleine mate (tot 25 dB re 1Pa) boven
het achtergrondlawaai en zal vermoedelijk geen verschil in gedrag bij
bruinvissen veroorzaken.
[top]
5.1. Samen sterk in onderzoek naar
gezonde en productieve zeen en oceanen
De ontwikkelingen in de
zeen en oceanen worden binnen Europa als een Grand Challenge aanzien. En dit
niet alleen omdat de Europese maritieme regios momenteel al instaan voor 40%
van het Bruto Binnenlands Product. Alle studies tonen aan dat we steeds meer
afhankelijk zullen worden van de zeen voor ons voedsel, onze energiewinning, ons
transport, onze gezondheid,... De menselijke druk op het mariene milieu zal dus
alleen maar toenemen, en dan zwijgen we nog over de impact die
klimaatswijziging zal hebben. En enkel land of discipline zal op zijn eentje
de Grand Challenge niet kunnen aanpakken. Er is hoge nood aan een
gentegreerde en gecordineerde aanpak van het marien en maritiem onderzoek.
Vandaar dat het Joint Programming Initiative Healthy and productive Seas and
Oceans, of kortweg JPI Oceans, is opgericht (www.jpi-oceans.eu). De bedoeling is om nationale en Europese
initiatieven voor onderzoek en ontwikkeling aan de ene kant, en investeringen
in onderzoeksinfrastructuur aan de andere kant beter op elkaar af te stemmen en
samen te investeren in grote projecten. Samen sterk is het motto! Momenteel
zijn de volgende landen al lid van het JPI Oceans: Belgi, Nederland, Verenigd
Koninkrijk, Ierland, Denemarken, Noorwegen, Zweden, Frankrijk, Spanje,
Portugal, Itali, Roemeni en Turkije. Duitsland en Finland zijn waarnemend
lid. Het secretariaat van JPI Oceans is gevestigd in Brussel en staat onder
leiding van Kathrine Angell-Hansen. VLIZ medewerker Willem De Moor werkt er als
adviseur.
[top]
5.2. Uitbouw ISECA-portaal over algenbloei en
eutrofiring in Noordzee en Kanaal
Het nieuwe project ISECA (2011-2014) wil ht
informatieplatform uitbouwen over eutrofiring in de zuidelijke Noordzee en de
Kanaalregio. Het acroniem ISECA staat dan ook voor Information System on the
Eutrophication of our Coastal Areas. Het door VLIZ uit te bouwen portaal zal
heel wat meta-informatie bundelen over de actoren die in Belgi, het Verenigd
Koninkrijk, Frankrijk en Nederland rond dit thema werken. Denk dan aan
meetnetwerken en andere instellingen die onderzoek en monitoring doen naar de
eutrofiring van onze kustwateren. Het zal daarvoor gebruikmaken van het
informatiesysteem IMIS, dat door het VLIZ is ontwikkeld. Bovendien zal een
instrument ontwikkeld worden waardoor een snelle evaluatie van de
waterkwaliteit aan de hand van earth observation data mogelijk wordt. Deze
tool zal beschikbaar worden gesteld via het portaal en richt zich op
belanghebbenden in de regio en op wetenschappers met een interesse in het
thema. Bovendien zal de website
ook de eutrofiringsproblematiek naar het brede publiek toelichten. VLIZ werkt
in het project samen met VITO, NIOO-CEME uit Yerseke, het Plymouth Marine
Laboratory en de Universiteiten van Portsmouth en Greenwick uit het Verenigd
Koninkrijk, en NAUSICAA en ADRINORD in het noorden van Frankrijk. Het project wordt gefinancierd door het Europese grensoverschrijdende
samenwerkingsprogramma Interreg IVA programma 2 Zeen (www.interreg4a-2mers.eu/nl) en heeft in juli
2011 pas zijn kick-off meeting gehad in Rijsel. We kijken al uit naar de
resultaten!
[top]
5.3. Havensteden zetten koers naar
duurzame energie
Havens gelden
traditioneel als grootverbruikers van energie en dragen in belangrijke mate bij
tot de CO2-uitstoot in onze regio. De klimaatwijziging stelt heel
wat havensteden voor een forse uitdaging: de ambitieuze Europese 20-20-20
agenda realiseren n concurrentieel blijven in een steeds competitievere markt.
Energie-efficintie en -innovatie kunnen daar een stevige hand bij helpen.
Anders gezegd: als havens inzetten op meer hernieuwbare energie, meer
elektrisch vervoer en intelligente energienetwerken kunnen ze echte koplopers
worden in de energietransitie. In het Interreg-project e-harbours (www.e-harbours.eu)
gaan negen Europese partners op zoek naar een duurzamer energiemodel voor
havensteden. In het project nemen n havenbedrijf, n energiebedrijf, drie
stadsbesturen en vier onderzoekscentra uit het Noordzeegebied het
energievraagstuk van havens en havensteden onder de loep. Naast VITO nemen
onder meer ook Zaanstad (projectcordinator), Amsterdam, Malm, de haven van
Antwerpen, de Universiteit van Hamburg en het energiebedrijf van Uddevalla in
Zweden deel aan het project. Lees meer op: www.vito.be/NR/rdonlyres/3122D7C6-8D6C-45DC-8BC6-661128196F68/0/VITO_VISION_08.pdf#page=10.
[top]
6.1. Tewaterlating nieuw Vlaams
onderzoeksschip Simon Stevin in Roemeni
Op vrijdag 21 oktober
werd in Galati (Roemeni) om 16:00 het nieuwe Vlaamse wetenschappelijk
onderzoekschip Simon Stevin te water gelaten. Het casco van de vervanger van
de huidige Zeeleeuw zal vervolgens verscheept worden naar de Nederlandse werf
Maaskant Shipyards Stellendam (behorend tot de Damen Shipyards Group) om daar
verder afgebouwd te worden. De oplevering van de Simon Stevin wordt verwacht
halfweg 2012 waarna het schip vanuit Oostende zijn wetenschappelijke tochten
zal opstarten. De Simon Stevin zal ingezet worden door de Vlaamse reder DAB
Vloot, in partnership met het Vlaams Instituut voor de zee (VLIZ). Het schip is
ruim 36m lang, 9.4m breed en steekt ruim 3m diep. In de VLIZ fotogalerij >
Bouw Simon Stevin vind je beelden van de bouw en de tewaterlating: www.vliz.be/vmdcdata/photogallery/index.php?album=2215.
[top]
6.2. Zeecijfers over het Belwind
windmolenpark
Op dit moment is het Belwind windmolenproject in
aanbouw op de Blighbank. De concessiezone, die op minstens 42 km van de
kust gesitueerd is, heeft een oppervlakte van 35,51 km en wordt
gekenmerkt door een waterdiepte van 15 tot 37 meter. Men beoogt om in dit
windmolenpark 110 windmolens te installeren met een onderlinge afstand tussen
de pylonen van 500-650 meter. De turbines hebben een totale constructiehoogte van
189 m terwijl de pylonen zelf zon 117 m boven het zeeniveau
uittorenen. Het resterende deel van de pylonen wordt stevig in de bodem
vastgeheid, aangezien rond de turbines erosieputten van 2 tot 6,5 meter
diep kunnen ontstaan. De 33 kV-zeekabel die de turbines verbindt met twee
hoogspanningsstations op zee is 70 km lang. Er wordt verwacht dat 3% van
de opgewekte energie verloren zal gaan bij het transport ervan. Het park zal
een netto elektriciteitsopbrengst genereren van 3500 kW/h en zal 350.000
gezinnen van stroom kunnen voorzien. Deze en andere betrouwbare zeecijfers
vind je terug op de VLIZ website: www.vliz.be/cijfers_beleid/zeecijfers/index.php
(klik op Zee van Ruimte en Energie & Grondstoffen). Meer informatie
over de windmolenparken voor de Belgische kust vind je in het rapport van de
studie die werd uitgevoerd in het kader van het MARIPAS project (www.vliz.be/imis/imis.php?module=ref&refid=206186)
en van de OPTIEP-BCP studie over het energiepotentieel van het Belgisch deel
van de Noordzee (www.vliz.be/imis/imis.php?module=ref&refid=144679).
[top]
6.3. Zeezoogdierennieuws: bultrug,
reuzenhaai en orkas
Op zaterdag 1 oktober zwom er een bultrug (Megaptera novaeangliae) voor de Belgische kust. Het dier werd door
medewerkers van de firma G-Tec gefilmd ter hoogte van de Thorntonzandbank, 25km
voor de kust (www.vliz.be/NL/Infoloket/Filmpjes_derden/?album=1573&pic=46484).
G-Tec was er de ganse dag bodemonderzoek aan het uitvoeren, met het oog op het
Norther-windmolenpark dat de firma er wil installeren. Het dier bleef 45
minuten vrolijk rondzwemmen en buitelingen maken, en zwom nadien richting
Nederlandse kustwateren. Jan Haelters van de BMM bevestigde dat het zou gaan om
een jong dier dat in goede gezondheid verkeerde. Bultruggen zijn
baleinwalvissen. Ze hebben geen tanden maar wel baleinen in hun bek. Daarmee
filteren ze het water en halen er plankton en kleine visjes uit. Ze kunnen tot
15 m lang worden en wegen dan ongeveer 30 ton. Normaal duiken
bultruggen vooral op in het noordelijk deel van de Noordzee. Dat ze nu zo dicht
bij onze kust komen, is uitzonderlijk. Vermoedelijk komen ze hier naar voedsel
zoeken. Het was wel even oppassen voor het scheepvaartverkeer in onze drukke
Noordzee. Bultruggen komen immers regelmatig in aanvaring met schepen. In 2006
nog spoelde een bultrug aan in Nieuwpoort. De walvis was omgekomen door een
aanvaring met een schip. Daarvoor was de laatste stranding bij ons in 1751!
Op vrijdag 21 oktober 2011 vloog een toezichthelikopter over het Belgisch deel
van de Noordzee, met waarnemers van DG Leefmilieu en BMM aan boord. Ten noorden
van de Blighbank werd op ongeveer 50 km uit de kust een drie meter lange
reuzenhaai (Cetorhinus maximus)
geobserveerd. Dit is, na de walvishaai, de op n na grootste vis ter wereld.
Het is een planktoneter, zonder tanden en dus ongevaarlijk voor de mens.
Reuzenhaaien komen voor in de gematigde zeen. Ze worden wel vaker gezien voor
de Engelse kust ter hoogte van Cornwall. Maar in de zuidelijke Noordzee en onze
wateren zijn ze toch eerder zeldzaam te noemen. In het verleden werden ze vaak
bevist omwille van hun lever, die zeer groot is en veel olie bevat.
Tegenwoordig zijn vooral hun enorme vinnen gegeerd, maar ondertussen is het
verboden om de reuzenhaai te vangen.
Op dit moment zwemmen er in de noordelijke Noordzee dan weer grote groepen van
20 tot 100 orkas (Orcinus orca)
rond. De orkas worden er elk jaar rond oktober gesignaleerd door
vissersschepen die op makreel vissen. De visetende orkas volgen de
makreelscholen die op dat moment vanuit de Atlantische oceaan de Noordzee
binnentrekken. Makreelvissers getuigen dat de orkas tevoorschijn komen van
zodra de netten binnengehaald worden. Ze hebben geleerd dat ze dan gemakkelijk
aan een maaltje makreel kunnen komen. Zodra de netten aan boord zijn,
verdwijnen de orka's weer in zee.
Fotograaf Melvin Redeker monsterde aan bij makreelvisser George Anderson op
zijn schip de Adenia om dit spektakel vast te leggen (www.destentor.nl/regio/9622205/Honderden-orkas-in-de-Noordzee.ece).
Prachtige beelden!
[top]
6.4. Convenant
Duurzame Visserij door Vlaamse visserijsector
Vlaams minister van
Landbouw en Visserij Kris Peeters, het Departement Landbouw en Visserij, het
Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek, de Rederscentrale en Natuurpunt
ondertekenden het Convenant voor Duurzame Visserij. Het doel is om te komen tot
een duurzame en maatschappelijk gewaardeerde Vlaamse visserij waarin ruimte
voor onderling overleg is tussen de verschillende belanghebbenden. Op kortere
termijn is het doel om samen inspanningen te doen om de ontwikkeling naar
dergelijke duurzame en gewaardeerde visserij te bevorderen. Het convenant
berust op 3 pijlers: rentabiliteit, zorg voor het milieu en het sociale aspect.
De doelstellingen zullen opgevolgd worden door een task force, waar ook de
ontwikkeling van een concreet actieplan op de agenda zal staan. We hopen dat
dit initiatief een proces in gang zal zetten in Vlaanderen naar meer duurzame
Vlaamse vis en een levendige visserij! Lees alles over het convenant op http://pers.vlam.be/nl/detail_mailing.phtml?id=1200.
[top]
6.5. Planktoninvasies op kinder-TV
Naast Finding Nemo en Sponge Bob is er nu ook Plankton
Invasions, een serie op de commercile kinderzender KZoom. De door de Belg
Joeri Christiaen ontwikkelde animatie draait geheel rond het serieuze onderwerp
van klimaatswijzigingen in zeen en oceanen, doch vanuit de komische hoek
bekeken. De serie gaat over plankton, minuscule kleine organismen die met
miljarden tegelijkertijd in zee ronddrijven en aan het uitbreiden zijn. Ze
hebben meer ruimte nodig en plannen dan ook een aanval op de zeen en oceanen
van planeet aarde. Hun heerser Commandant Medusa stuurt drie planktonorganismen
uit om de aanval voor te bereiden: captain John C. Star, doctor Anna Medusa en
sergeant Poulpo Kalamarez. Hun missie: warm de planeet op, smelt het poolijs,
laat alle land overstromen en regeer over de wereld. Alleen... ze zijn niet
echt slim, niet goed genformeerd, niet goed georganiseerd en bovenal zeer klein.
Meer uitleg op www.planktoninvasion.com/docs/PLA_DP_VA_LD.pdf
en www.planktoninvasion.com.
[top]
6.6. Doctoraten
Klaas Wille van het Laboratorium voor Chemische Analyse
(Vakgroep Veterinaire Volksgezondheid en Voedselveiligheid) van de Universiteit
Gent deed in het kader van zijn doctoraatsstudie onderzoek naar de aanwezigheid
van micropolluenten in het ecosysteem van de Belgische kust en de Schelde. Dit
onderzoek verliep in nauwe samenwerking met de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM)
en kaderde in het federaal onderzoeksproject INRAM. Hij verdedigde op 13
oktober 2011 zijn thesis Analytical approaches for quantification of emerging
micropollutants in the Belgian coastal zone. Promotoren van het werk zijn Prof. dr. ir. L.
Vanhaecke en Prof. Dr. Hubert De Brabander van de faculteit Diergeneeskunde en
Prof. Dr. Colin Janssen van de Bio-ingenieurswetenschappen.
Op 14 oktober 2011 was het dan de beurt aan Thomas Verleye van de Afdeling Paleontologie van de UGent om zijn
thesis openbaar te verdedigen. Het werk The late Quaternary palaeoenvironmental changes along the
western South-American continental slope: A reconstruction based on
dinoflagellate cysts and TEX86 kwam er onder het promotorschap van Prof. dr. Stephen Louwye.
[top]
7.1. Stop vervuiling van zee met
microplastiek door verzorgingsproducten
In veel
verzorgingsproducten, zoals scrubs en peelings, zitten plastiek deeltjes
verwerkt die wij zo het doucheputje in spoelen. Zo ben je onbewust elke keer
wanneer je zon product gebruikt plastiek aan het verspreiden. Veel van dit
plastiek komt in zee terecht, waar het bijdraagt aan het probleem van de plastiek
soep en/of opgenomen wordt door mariene organismen. Stichting De Noordzee
vraagt de producenten van deze verzorgingsproducten om alle plastiek deeltjes
te vervangen door milieuvriendelijke alternatieven - zoals anijszaadjes, zand,
zout of kokos, zoals ze die vroeger ook gebruikten. Tot die tijd is het
belangrijk om verzorgingsproducten met plastiek te bannen en het etiket te
screenen op aanwezigheid van polyethylene (PE), polypropylene (PP) en
polyethylene terephtalate (PET). Lees meer op: www.noordzee.nl/microplastics-petitie.
DISCLAIMER
VLIZINE
heeft als doel informatie te verstrekken. Eventuele standpunten zijn die van de
auteurs en stemmen niet noodzakelijk overeen met die van het VLIZ. Het VLIZ is
niet verantwoordelijk voor enige schade opgelopen ten gevolge van foutieve of
verkeerd genterpreteerde informatie in dit e-zine, noch voor de inhoud van
websites waarnaar verwezen wordt. Uw adres opgenomen in onze e-zine
rondzendlijst wordt niet aan derden doorgegeven zonder uw toestemming en wordt
niet gebruikt voor commercile doeleinden.
COPYRIGHT
Copyright
2011 Vlaams Instituut voor de Zee.
Delen uit dit e-zine mogen in andere publicaties worden overgenomen, maar
uitsluitend met bronvermelding. Deze publicatie mag wel in haar geheel ter
kennismaking worden doorgestuurd naar derden.
LID WORDEN VAN HET VLIZ KAN
Meer info vindt u op onze website.
WEBSITE
www.vliz.be
Vlaams Instituut voor de Zee
Flanders Marine Institute
VLIZ InnovOcean site
Wandelaarkaai 7
8400 Oostende
Tel. +32-(0)59-34 21 30
Fax +32-(0)59-34 21 31
http://www.vliz.be