Plankton. Deze in de waterkolom zwevende miniscule organismen domineren het mariene leven in aantallen en biomassa, en leveren een essentiële bijdrage aan het voedselweb en de biologische koolstofpomp. Door hun snelle groei en korte generatietijd zijn ze vaak een van de vroegste indicatoren van veranderingen in zee. Kunnen we met in situ beeldvormingstechnieken zoals de Video Plankton Recorder (VPR) – denk hierbij aan een onderwatercamera die beelden maakt van het plankton in zijn natuurlijke omgeving – de monitoring ervan vergemakkelijken en sneller tot nieuwe inzichten komen? Het doctoraatsonderzoek van Ollevier (VLIZ & UGent) toonde aan dat deze digitale techniek het bestuderen van de planktongemeenschap aanzienlijk kan verbeteren. En waar de limieten van deze techniek liggen in de troebele Noordzee.
Oceaan en zeeën bedekken 71% van het aardoppervlak en worden bewoond door diverse levensvormen. Onder deze bewoners komt plankton naar voren als een cruciaal onderdeel van het mariene ecosysteem. Ze domineren het mariene leven in aantallen en biomassa, en leveren een essentiële bijdrage aan het voedselweb en de biologische koolstofpomp. Bovendien kan plankton dienen als vroege indicator van veranderingen in het mariene milieu. Vanwege hun fundamentele rol in ecosystemen, hun enorme dichtheden en hun functie als bio-indicatoren is het belangrijk om plankton te bestuderen, te begrijpen en te monitoren. In haar doctoraat belicht Anouk Ollevier (VLIZ & UGent) de toepasbaarheid van de Video Plankton Recorder (VPR), een onderwatercamera die gebruikt wordt om in situ beelden te maken van het plankton in zijn natuurlijke omgeving in de waterkolom, terwijl het toestel voortgesleept wordt door een vaartuig. Met haar onderzoek kwam Anouk tot nieuwe inzichten in de ecologie van het plankton en toonde ze aan hoe beeldvormingstechnieken ons begrip en de efficiëntie bij het bestuderen van de planktongemeenschap aanzienlijk kunnen verbeteren.
De VPR maakt ook betere kwantitatieve schattingen mogelijk van geleiachtige organismen, zoals kwallen, en biedt een duidelijk voordeel in de mogelijkheid om kwetsbare organismen te observeren in vergelijking met traditionele bemonsteringsmethoden met netten die vaak resulteren in beschadiging van deze dieren. Desalniettemin werden in dit onderzoek ook de beperkingen van de VPR onderzocht, met name in zeer troebele kustwateren waar de effectiviteit in het gedrang komt. Verder maken de sensoren van de VPR het mogelijk om de diepte en de omgevingsomstandigheden nauwkeurig te bepalen bij het maken van een foto, waardoor een grondige analyse van de verticale verdeling van plankton mogelijk wordt. Zo is de studie van Anouk de eerste die de verticale nachtelijke migratie beschrijft van vlokreeftjes en zeekomma’s van de zeebodem naar hoog in de waterkolom in het Belgische deel van de Noordzee. Ze onderzocht ook de verspreiding van roeipootkreeftjes - en hun kwaliteit als voedselbron voor vissen en hogere trofische niveaus - in de fjorden en op het continentaal plat van West-Groenland.
Anouk verdedigde haar doctoraat op 14 februari 2024 in het VLIZ-hoofdgebouw. Promotoren van dit doctoraat zijn Prof. Dr. Marleen De Troch (UGent) en Prof. Dr. Pascal Hablützel (VLIZ). Dit onderzoek kwam tot stand met ondersteuning door VLIZ en maakte gebruik van de infrastructuur van LifeWatch (FWO) en scheepstijd op de onderzoeksschepen RV Simon Stevin en RV Sanna (Eurofleets+).