Het begon allemaal met een illustratie op sociale media: een infografiek waarop het relatieve oppervlak van alle landen gerangschikt stond. Al snelde volgde een reactie vanuit de oceanografische gemeenschap om hetzelfde te doen voor de zeegebieden van diezelfde landen. Immers, als je het zeegebied waarop elke oeverstaat aanspraak kan maken beschouwt, krijg je een andere ranking naar grootte? Welke staat bezit de grootste zee? En wie beheert de oceaan? We gingen hiervoor te rade bij Britt Lonneville, een van de experten achter ‘Marine Regions’, een globale standaardlijst van zeegebieden en -plaatsnamen, beheerd door het VLIZ. Klaar om onze aardse werkelijkheid vanuit een blauwer perspectief te bekijken?
– JAN SEYS
Wie beheert de oceaan?
De zeegebieden dichtst bij de kust vallen onder het beheer van de oeverstaten. De eerste twaalf zeemijl (ca. 22 kilometer) vanaf de basis- of laagwaterlijn krijgen de naam ‘territoriale wateren’. Daar voorbij en tot maximum 200 zeemijl of 370 km bevinden zich de exclusieve economische zones (EEZ) van een land. Nog verder zeewaarts starten de internationale wateren of ‘volle zee’.
Vrijheid van handelen is er niet in de territoriale wateren en in de EEZ’s. In grote lijnen kan een kuststaat in zijn territoriale wateren vergelijkbare rechten laten gelden als aan land. Binnen een EEZ heeft een land beperktere rechten (bv. exploitatie grondstoffen, visserij, wetenschappelijk onderzoek) maar ook plichten (bv. natuurbeheer), vastgelegd in het VN Zeerechtverdrag. De internationale wateren of ‘volle zee’ beslaan 213 miljoen km2 of 59% van het oceanische oppervlak. Hier heerst in grote lijnen nog het mare liberum-principe. Er is met andere woorden de vrijheid om te varen en te handelen, een rechtsbeginsel teruggaand op de geschriften van de 17de-eeuwse Nederlandse geleerde Hugo de Groot.
Twee bijzondere Europese zeenaties
Ze mogen dan wel niet het grootste zeegebied hebben, landen als Portugal en Ierland pakken graag uit met hun maritieme band. Niet toevallig zijn dit twee van de meest westelijke en oceaangerichte Europese naties. Portugal groeide in de 15de-16de eeuw, onder impuls van prins Hendrik de Zeevaarder, uit tot een ware maritieme wereldmacht. Het waren de spraakmakende expedities van Diaz (Z-Afrika: 1487-88), Vasco da Gama (India: 1497-99), Cabral (Brazilië: 1500) en Magellaan (eerste rondvaart rond de wereld: 1519-1522) die hiervoor de grondslag legden.
Maar ook Ierland heeft als eiland een stevige maritieme connectie. Miljoenen Ieren zochten na de grote hongersnood van 1845-50 massaal hun heil in Amerika en trokken en masse de Atlantische oceaan over. De tientallen miljoenen Amerikanen met Ierse roots, inclusief de Kennedy’s, zijn daar vandaag nog de getuige van.
Voor beide landen is de som van de territoriale wateren en exclusieve economische zones (EEZ) vele malen groter dan hun respectievelijke landoppervlak. Voor Ierland is de verhouding 6:1, voor Portugal met zijn twee autonome regio’s Azoren en Madeira zelfs 18:1. Met visionaire concepten als de Real map of Ireland en het Mar-Portugal plan zoeken beide landen deze connectie terug op, vanuit een behoefte om economisch meer armslag te verwerven.
De twee kanten van het spectrum
Maar niet alleen Portugal en Ierland bezitten een behoorlijk impressionant zeegebied. Door hun vele overzeese gebieden – veelal eilandengroepen – hebben ook Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zeggenschap over zee-arealen die respectievelijk 15 tot 20x groter zijn dan hun landterritorium. De Verenigde Staten beschikken over het meest impressionante zeeterritorium (12,2 miljoen km2), gevolgd door Frankrijk (10,1 miljoen km2) en Australië (9,0 miljoen km2). Rusland heeft dan wel het grootste landoppervlak (16,9 miljoen km2), maar haalt niet die top-3 van meest uitgestrekte zee-areaal. Op twee en drie van grootste landareaal staan Antarctica (12,5 miljoen km2) en Canada (10,0 miljoen km2).
Helemaal aan de andere kant van het spectrum bevinden zich de zogenaamd double-landlocked countries, naties die geen kustlijn hebben, ja zelfs geen buurlanden die in die situatie verkeren. Ze zijn als het ware dubbel omsloten met land. Slechts twee staten beantwoorden aan dit criterium: Liechtenstein en Oezbekistan. Nog eens 44 staten vallen onder de noemer ‘kustloos land’. Zelf hebben ze geen kustlijn, maar hun buren wel. Ze zijn voor hun handel via de zee afhankelijk van de vrije doorvoer van goederen door hun buurlanden.
De oceaan, een immens diepe, vlakke en ‘vrije’ ruimte
Alle zeeën en oceaanbekkens zijn met elkaar verbonden. Er is met andere woorden maar één oceaan. Deze oceaan is goed voor 71% van het aardoppervlak (363 van de 510 miljoen km2). Vooral het bekken van de Stille Oceaan (39%) is immens, in grootte gevolgd door de Atlantische (21%), de Indische (16%), de Zuidelijke (6%) en de Arctische Oceaan (1%).
Die reusachtige oceaanbekkens zijn onvoorstelbaar diep, gemiddeld 3,5 tot 4,5 kilometer. Driekwart van de volledige oceaanbodem bevindt zich op een diepte tussen 3 en 6 kilometer. Slechts 11% is minder dan 1 kilometer diep. Ter vergelijking: de gemiddelde diepte van de Noordzee bedraagt minder dan 100 meter en die van het Belgisch deel nauwelijks 20 meter…
De oceaan kent diepe troggen, mid-oceanische ruggen en vele onderzeese bergen. Toch is het overgrote deel (95%) van de oceaanbodem min of meer vlak (hellingsgraad <6°). Al is dit cijfer met een korrel zout te nemen… Slechts 20% van de oceaanbodem is deftig in kaart gebracht. Al is beterschap op komst met het GEBCO Seabed 2030 project.
Marine Regions – een wereldwijd datasysteemDeze en veel andere cijfers en wetenswaardigheden zijn te vinden in Marine Regions, een wereldwijde en vrij toegankelijke standaardlijst van zeegebieden en -plaatsnamen, beheerd door het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ) en ondersteund door het LifeWatch-programma. Britt Lonneville: “Het Marine Regions-verhaal begon in 2005 als de standaardlijst voor het Belgisch deel van de Noordzee en de Schelde. Die lijst was bedoeld om de verspreiding van mariene soorten te documenteren. Ondertussen is dit initiatief uitgegroeid tot een wereldwijde lijst van plaatsnamen, waar ook maritieme grenzen in opgenomen zijn.” “Doordat de informatie steeds up-to-date en vrij toegankelijk is, zien we dat onze datasets wereldwijd gretig worden opgepikt voor de meest uiteenlopende toepassingen. Wetenschappers zijn ons belangrijkste publiek en dat is niet verwonderlijk. Onderzoekers gebruiken de info om soorten te lokaliseren en de biodiversiteit in mariene gebieden te bestuderen, bijvoorbeeld in het WereldOceaanrapport van de Verenigde Naties. Maar de data blijken tevens nuttig voor NGO’s zoals Global Fishing Watch. Geholpen door onze systemen kunnen zij overbevissing, illegale visserij en vernietiging van habitats in de internationale wateren beter aankaarten. Ook baggerbedrijven durven al eens gebruikmaken van Marine Regions, bijvoorbeeld om na te gaan of hun schepen zich in territoriale wateren bevinden en dus onder een ander belastingregime vallen. En tenslotte duiken onze data soms op in de pers, bijvoorbeeld om meer duiding te geven bij de stroeve visserijonderhandelingen na de Brexit.” |
Gepekelde plaatsnamen
Marine Regions is tevens een rijke bron voor wie op zoek is naar namen van zeeën, zandbanken, baaien, onderwaterbergen of andere toponiemen. Vandaag bevat het systeem niet minder dan 76.000 plaatsnamen.
Zo omvat de standaardlijst alle namen van zandbanken en geulen in het Belgisch deel van de Noordzee. Die namen zijn soms al honderden jaren oud en komen voort uit de inspiratie van vissers, hydrografen en taalkundigen. Het zeewoordenteam, deel van de redactie van het VLIZ-tijdschrift De Grote Rede, onderwerpt deze toponiemen al sinds 2004 aan een grondige doorlichting. Intussen is het merendeel van deze termen de revue gepasseerd en kun je de etymologie ervan vrijuit raadplegen.
Heel uitzonderlijk blijkt een zandbank nog geen formele naam te hebben. Dit was het geval voor een ondiepte waarop ontwikkelaars van offshore windparken hun zinnen hadden gezet – tot 2010 dan maar ‘Bank zonder naam’ genoemd. Al snel bleek uit het werk van het zeewoordenteam dat de bank wel degelijk ooit een naam bezat, terug te vinden op de historische ‘Zeekaart der Visscherij van Blankenberge’ uit 1899-1900. Mede dankzij het zeewoordenteam siert de naam Lodewijkbank sindsdien de officiële hydrografische kaarten van onze kust.
Maar ook in verafgelegen oorden zijn maritieme plaatsnamen vaak een blijvende getuigenis van heldendaden of memorabele historische figuren. Zo is de Veuster onderwaterberg nabij Hawaï genoemd naar Pater Damiaan, geboren als Jozef De Veuster, en in 2005 nog verkozen als de “grootste Belg aller tijden”. Deze Belgische missionaris offerde zich in Hawaï op voor de melaatsen. Honderden melaatsen leefden er in erbarmelijke omstandigheden op het eiland Molokai, afgesloten van de wereld. Pater Damiaan trok zich hun lot aan, in die mate dat hij op 49-jarige leeftijd zelf stierf aan de ziekte. Finaal bracht het zeilschip Mercator zijn stoffelijke resten in 1936 terug naar ons land, waar hij nu begraven ligt in Leuven. Damiaan werd in 2009 heiligverklaard, en zijn beeltenis troont als een van de weinige niet-Amerikanen in de beeldengalerij van het Capitool in Washington D.C.
Ook Belgische koninklijke hoogheden (Astrid Ridge) of de legendarische Belgica-expeditie op de Zuidpool (Belgica Guyot, Lecointe Guyot, De Gerlache Seamounts) leverden namen voor mariene geografische sites. En wat gedacht van de Titanic Canyon, genoemd naar het verdoemde Britse passagierschip dat op 15 april 1912 tijdens zijn eerste reis op een ijsberg voer en zonk, met meer dan 1500 doden als gevolg. Ook weinig opbeurend is de naam Point Disappointment op Oost-Antarctica, verwijzend naar de fatale Terra-Nova expeditie van de Brit Robert Falcon Scott in 1910-1913.
Op naar nieuwe ontdekkingen!
Gelukkig leiden onheilspellend klinkende maritieme plaatsnamen niet steevast tot drama’s. Enkele jaren terug slaagde de internationale Five Deeps expeditie erin om met het bemande onderwaterduiktuig ‘Limiting Factor’ de diepste plekken van de vijf grote oceaanbekkens te bereiken. Achtereenvolgens bezocht de expeditie locaties met een diepte van 5550 tot 10.925m. Tijdens deze expeditie gaven ze ook nieuwe namen aan de uitdagende plekken die ze bezochten, zoals het Bitter Deep, een trog in het zuiden van de Atlantische Oceaan. Die naam kwam voort uit het slechte weer en de gevolgen die hun schip DSSV Pressure Drop ondervond tijdens de expeditie.
Lees meer
- The World’s 230 Exclusive Economic Zones From Largest to Smallest. Lonneville et al (2021) | VLIZ-bib & Twitter
- Visualizing the True Size of Land Masses form Largest to Smallest. LePan (2020) | Visual Capitalist
- Earth’s Surface. LePan (2021) | Visual Capitalist
- Surface Area, and the Seabed Area, Volume, Depth, Slope, and Topographic Variation for the World’s Seas, Oceans, and Countries. Costello et al. (2010) | VLIZ-bib