Informatieblad uitgegeven door het Vlaams Instituut voor de Zee

De Grote Rede

over kust en zee

#59 Mei 2024




Edito

Jaren terug, op een donkere maandag, meldde het journaal dat het slecht ging met de stadsmus. Het alom gekende, lustig ‘twitterende’ grijsbruine vogeltje ging zienderogen in aantal achteruit, bleek uit wetenschappelijke tellingen en onderzoek. De oorzaak? Minder voedsel, te weinig toegang tot broedplaatsen, vervuiling, etc. En wat misschien nog het meest merkwaardige was? Niemand, buiten de wetenschappers, had het eigenlijk gemerkt!

Ook in de Noordzee heeft zich in de loop van de voorbije tientallen jaren, maar dan in omgekeerde – lees, gunstige – zin, iets spectaculairs afgespeeld. De olievervuiling is er sinds de jaren 1960-70 vrijwel verdwenen, na decennia van kommer en kwel. Harde wetenschappelijke cijfers tonen dat de trefkans op olievlekken op de Noordzee van meer dan 95% is teruggevallen op minder dan 5%! Cijfers die berusten op het percentage met olie besmeurde zeekoeten (een pinguïn-achtige zeevogel, vrij talrijk in het N-Atlantische gebied), geregistreerd bij dood aangespoelde kadavers op het strand. Cijfers die voortkomen uit burgerwetenschap, intussen al meer dan twintig jaar gecoördineerd door het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO). Een trend bevestigd door controlevluchten van de federale overheid sinds 1991.

Deze sensationele terugval in olievervuiling is ongetwijfeld een van de allergrootste succesverhalen in de bescherming van een geliefd en bijzonder productief ecosysteem. Reden voor de verbeterde situatie? Het proces start met publieke verontwaardiging over olieklodders op het strand en medelijden met zieltogende zeevogels, druipend van het smerige goedje en wachtend op een gewisse dood. Verontwaardiging gevolgd door beleidsacties, wetgeving en handhaving, zich geleidelijk aan vertalend in resultaten in het veld. Dit alles begeleid door wetenschappelijk onderzoek en monitoring, dat objectief het probleem situeert en vervolgens de evolutie weet te onderbouwen met cijfers.

Iets soortgelijks speelt zich vandaag af met plasticvervuiling van de zee, klimaatwijziging en andere vormen van pollutie (PFAS e.a.). De wetenschap luidt de alarmklok, de media en het publiek reageren op de berichtgeving en wat ze zelf waarnemen. Waarna het beleid in actie treedt en – met de hulp van wetgeving, technologen en bedrijfsleven – zoekt naar oplossingen. Politieke moed, volharding en een degelijke opvolging doen de rest. Er is met andere woorden hoop.

Die hoop en de rol van de wetenschap willen we ook uitstralen in dit nieuwste nummer van de Grote Rede, met hoofdbijdragen over ‘wat mag en niet mag op het strand’, scheepvaartemissies in de Noordzee en waar je als leerkracht je zee-informatie kunt vinden. Maar ook de geep of ‘meivis’ passeert de revue, wordt geduid waarom momenteel grote werken plaatsvinden in onze duinen, en waar de zeetermen ‘alikruik’ en ‘Droogte van Schooneveld’ hun oorsprong vonden. En nog veel meer!

Kustkiekje

In welk kustgemeente vind je dit kunstwerk?

Antwoorden kan op kustkiekjes@vliz.be met als onderwerp ‘Grote Rede nr. 59’. Uit alle juiste inzendingen wordt een winnaar geloot, die een boekenprijs wint.

Toerist op het strand? Wat mag en wat mag niet?

De zomer is in aantocht en dat betekent dat de Belgische kust binnenkort weer een stuk drukker zal ogen. Zoals vele landgenoten geniet ook jij misschien wel eens van een occasioneel dagje aan zee? En mogelijk heb je je dan ook al eens afgevraagd of honden nu al dan niet welkom zijn op het strand, of die ene vlieger je zon wel mocht afnemen en of zoon of dochterlief niet in de problemen komt als ze mossels plukken op de strandhoofden? In navolging van eerdere bijdrages in dit tijdschrift van de hand van An Cliquet (2003, 2008) doorploegde de auteur in dit artikel de veelheid aan gemeentelijke regelementen om enkele dagdagelijkse en veel voorkomende vragen te beantwoorden. Nadien ben je als lezer weer helemaal up-to-date voor een dagje aan onze mooie kust.

Maar eerst nog dit. Dit artikel biedt geen antwoord op elke mogelijke vraag. Daarvoor is het scala van activiteiten aan onze kust te gevarieerd. We beperkten ons tot enkele van de meest voorkomende en herkenbare activiteiten bij het grote publiek.

Zwemmen in zee? Waar, wanneer en hoe mag het…

Een namiddagje shoppen aan zee stel je beter uit tot je iets meer gekleed bent.

Putten graven, vissen en vliegeren. Kan het?

Wat dacht je van een date op het strand?

Is er ook een plaats voor dierenvrienden aan de kust?

Neem ik een souvenirtje mee? Mag dat?

Aan alle mooie liedjes komt spijtig genoeg een einde, zo ook aan dat leuke dagje op het strand. Mag je een souvenirtje meenemen, wat zand en schelpen om thuis een vaas mee te vullen? Voor zand bevat het concessiebesluit een duidelijk antwoord. Art. 13 stelt dat de kustgemeenten er moeten op toezien dat er geen zand wordt ontvreemd of schade wordt berokkend aan het strand. De gemeentelijke reglementen van Koksijde, Middelkerke, Oostende en De Haan herhalen dit verbod. Gezien de tijd en kosten die jaarlijks gespendeerd worden om het strand op te spuiten hoeft het niet te verbazen dat men liever niet ziet dat elke strandbezoeker met een emmertje vol naar huis gaat.

En wat met schelpen? Voor “dode schelpen” die je aangespoeld vindt op het strand, stelt zich geen juridisch probleem. Voor zeeslakken en mosselen die je zou willen plukken op de strandhoofden en golfbrekers is het een ander verhaal. Het Koninklijk besluit van 25 januari 1951 “waarbij het zoeken en het trekken van mosselen, mosselzaad, schelpslakken en andere zeeproducten op de werken van de kust en van de kusthavens geregeld wordt” stelt dat niemand mosselen, mosselzaad, schelpslakken of andere zeeproducten mag zoeken of trekken op de werken van de kust – strandhoofden en golfbrekers – zonder schriftelijke toelating. Dergelijk verbod wordt vandaag enkel nog expliciet herhaald in het gemeentelijk reglement van Oostende. Het reglement van De Haan meldt impliciet dat het verboden is om de fauna en flora in de duinen en op het strand te beschadigen en/of te verstoren. Interessant genoeg betekent dit ook dat het in De Haan theoretisch gezien dus verboden is om “naar pieren te steken”, al kan men zich de vraag stellen of het verbod dermate streng geïnterpreteerd wordt.

Hoe zit het met andere zaken die je vindt op het strand? Wat bijvoorbeeld als je een oude flessenpost of een aangespoelde archeologische vondst treft? In tegenstelling tot wat de meeste mensen denken, is “strandjutten” – het verwijderen van aangespoelde voorwerpen – niet toegelaten zonder machtiging van de bevoegde ambtenaren. In casu werd een en ander recent nog opnieuw geregeld overeenkomstig de Wet van 23 april 2021 tot implementatie van het UNESCO-verdrag van 2 november 2001 ter bescherming van het cultureel erfgoed onder water en de bescherming van waardevolle wrakken.

Uitstoot van schepen in de Noordzee – waar rook is, is vuur

Wanneer men over luchtvervuiling spreekt, wordt internationale scheepvaart vaak over het hoofd gezien. Onterecht, zo blijkt. De uitstoot van schepen heeft een niet te onderschatten impact op de menselijke gezondheid. In 2017 schatten wetenschappers dat luchtvervuiling als gevolg van scheepvaartactiviteiten wereldwijd leidt tot 350.000 vroegtijdige sterfgevallen (Sofiev et al., 2018). Ook het marien en het terrestrische milieu hebben te lijden onder deze uitstoot. En wat meer is, als gevolg van het toenemend internationaal scheepvaartverkeer en het gebruik van “goedkope” zware stookolie, neemt dit belang van luchtvervuiling door schepen intussen nog steeds toe, al zijn er maatregelen genomen om hieraan te verhelpen.

Internationale regelgeving

Zo eenvoudig als het is voor zwavel…

…zo ingewikkeld is het voor stikstofverbindingen

Zwavel, een succesverhaal met een scrubberluchtje

Is er voor zwavel licht aan het einde van de tunnel?

Eerst het goede nieuws. Het Kustwachtvliegtuig bemonsterde tussen 2015 en 2023 meer dan 7000 rookpluimen, gespreid over het hele jaar (m.u.v. een korte winterpauze voor onderhoudstaken). Dankzij het luchttoezicht in combinatie met de strenge haveninspecties, daalde de overtredingsgraad sterk. Waar er in de beginjaren van de verstrengde regelgeving nog een overtredingsgraad was van om en bij de 10%, daalde dit cijfer recent tot minder dan 3%. Desondanks blijft waakzaamheid en monitoring aan de orde. Zo toonde 2022 een kortstondige stijging, hoogstwaarschijnlijk te wijten aan de oorlog in Oekraïne en de daaruit voortvloeiende prijsstijgingen voor brandstof.

Luchttoezicht dat mogelijk verdachte schepen aanwijst voor havencontroles maken het werk van de inspectiediensten van FOD Mobiliteit doelgerichter. Hierdoor verhoogde de efficiëntie van haveninspecties met niet minder dan 50%. Het merendeel van de schepen die de afgelopen jaren in de haven beboet zijn door de haveninspectiediensten, zijn voorafgaand ontdekt door het kustwachtvliegtuig.

Scrubbers, groene technologie of greenwashing?

NOx, veel regels, maar minder goed geregeld

Recente schepen zijn niet de properste

Tier III, Tier wie?

Black Carbon, de klimaat killer

Zwarte koolstof of roetdeeltjes (Black Carbon - BC), mag dan veel minder gekend zijn, het is daarom niet minder schadelijk voor onze gezondheid en onze planeet. Door het gebruik van zware brandstoffen stoten schepen hoge hoeveelheden BC uit. 20% van de impact van de scheepvaart op de klimaatopwarming is te wijten aan dit soort roetdeeltjes. Hoewel op internationale niveau nog geen algemene regelgeving van kracht is voor de uitstoot van BC door schepen, vormt BC reeds jaren het onderwerp van verschillende discussies op internationaal niveau. Zo bestaat er reeds een vrijwillige ban voor het gebruik van zware stookolie in Arctische wateren en heeft de IMO zijn leden gevraagd om gegevens van de BC-uitstoot van schepen te verzamelen.

Sinds 2021 meet het Belgische Kustwachtvliegtuig daarom ook de BC-uitstoot van schepen. De eerste, nog ongepubliceerde resultaten tonen dat scrubberschepen significant meer BC uitstoten dan andere schepen, doordat ze nog steeds zware stookolie gebruiken. De scrubber mag dan wel een deel van de BC uitwassen, de netto-uitstoot blijft desalniettemin hoger dan deze van schepen die op gedestilleerde brandstoffen varen. Bij scrubberschepen die in overtreding zijn met de zwaveluitstoot, wordt het verschil pas echt duidelijk. Dit komt doordat de scrubber van deze schepen ofwel niet operationeel is of minder efficiënt werkt, met een hogere BC-uitstoot als gevolg.

Het merendeel van de schepen die de afgelopen jaren in de haven beboet zijn door de haveninspectiediensten, zijn voorafgaand ontdekt door het kustwachtvliegtuig.

Nog heel wat golven te trotseren, maar we zijn niet alleen

Comer, B., Beecken, J., Vermeulen, R., Sturrup, E., Paschinger, P., Osipova, L., Gore, K., Delahaye, A., Verhagen, V., Knudsen, B., Knudsen, J., Verbeek, R. (2024). Fugitive and unburned methane emissions from ships (FUMES). International Council on Clean Transport (ICCT).

Comer, B., Olmer, N., Mao, X., Roy, B., Rutherford, D. (2017). Black Carbon Emissions and Fuel Use in Global Shipping 2015.

Corbett, J.J., Fischbeck, P.S. (1997). Emissions from Ships. Science (1979) 278, 823–824: https://doi.org/10.1126/science.278.5339.823

Dulière, V., Baetens, K., Lacroix, G. (2020). Potential impact of wash water effluents from scrubbers on water acidification in the southern North Sea.

Knudsen, B., Lallana, A.L., Ledermann, L. (2022). Evaluating NOx Emission Inventories For Ocean-Going Vessels Using Real Emissions Data. Kongens Lyngby, Denmark.

Lasek, J.A., Lajnert, R. (2022). On the Issues of NOx as Greenhouse Gases: An Ongoing Discussion…. Applied Sciences 12, 10429: https://doi.org/10.3390/app122010429

Matthias, V., Bewersdorff, I., Aulinger, A., Quante, M. (2010). The contribution of ship emissions to air pollution in the North Sea regions. Environmental Pollution 158, 2241–2250: https://doi.org/10.1016/j.envpol.2010.02.013

Sofiev, M., Winebrake, J.J., Johansson, L., Carr, E.W., Prank, M., Soares, J., Vira, J., Kouznetsov, R., Jalkanen, J.P., Corbett, J.J. (2018). Cleaner fuels for ships provide public health benefits with climate tradeoffs. Nat Commun 9: https://doi.org/10.1038/s41467-017-02774-9

Van Nieuwenhove, A., Van Roozendael, B., Scheldeman, K., Merveille, J.-B., Haelters, J., Van Roy, W., Schallier, R. (2023). 30 years of Belgian North Sea aerial surveillance : evolution, trends and developments. Brussels.

Winnes, H., Fridell, E., Moldanová, J. (2020). Effects of marine exhaust gas scrubbers on gas and particle emissions. J Mar Sci Eng 8: https://doi.org/10.3390/JMSE8040299

Zhang, Y., Feng, J., Liu, A.P., Zhao, J., Ma, W., Huang, C., An, J., Shen, Y., Fu, Q., Wang, S., Ding, D., Ge, W., Fung, F., Manokaran, K., Patton, C.., Walker, K.D., Kan, H. (2019). Impacts of Shipping on Air Pollutant Emissions, Air Quality, and Health in the Yangtze River Delta and Shanghai, China.

Zee-inzicht! De zee als klaslokaal

Degelijk onderwijs staat met zijn voeten in het leven van elke dag. Het vormt jongeren tot kritische burgers, vanuit een begrip van fundamentele processen en beginselen, geënt op de dagdagelijkse realiteit. De oceaan is een van die zinvolle omgevingen, vele malen belangrijker dan lange tijd vermoed en uitgedragen. Bovendien zijn zee en kust uitermate geschikt om vanuit een veelheid aan disciplines te worden benaderd. Vaak kan dit op een praktijkgerichte manier, vanuit het motto: “Al doende leert men”. Ook aan de kust een waarheid als een (zeemans-)klok. Alle theorie over zee en kust ten spijt, daadwerkelijk met je voeten in het zand staan, de zilte lucht inademen en de golven horen breken kan nergens aan tippen. Het zintuiglijk ervaren van de omgeving verankert informatie op een dieper niveau, waardoor je het beter onthoudt en begrijpt. Er heerst eensgezindheid in alle didactische handboeken: ervaringsgericht leren en zelf actief kennis opdoen zijn dé sleutels tot een beter begrip van kennis. Daarnaast stimuleert ervaringsleren een onderzoekende houding. Het prikkelt nieuwsgierigheid en moedigt aan tot vragen stellen, experimenteren en ontdekken. Met de zee in een glansrol!

Hoe komt het dat een doorsnee leerling zo weinig notie heeft van 70% van onze planeet?

Je bent oceaangeletterd als je begrijpt wat de invloed van de oceaan is op je leven, en inziet hoe jij op jouw beurt die wereldzeeën beïnvloedt.

Bezoekerscentra en musea aan de Vlaamse Kust: een ideale start!

1. De Panne

Het bezoekerscentrum Duinpanne geeft toegang tot de omliggende natuurgebieden. Laat je verwonderen door de interactieve expo, ga op zoek naar de verschillende biotopen in de Duinentuin en geef je over aan een sessie aquarium-snuisteren.

Het aanbod van geleide wandelingen in De Panne is enorm, net als de te bezoeken reservaten. Het Westhoekreservaat (het oudste natuurreservaat aan onze kust!), de Oosthoekduinen, de vloedlijn/strand, de fossiele duinen van Cabour, de Houtsaegerduinen, het Calmeynbos,... De duinen en de bossen van De Panne vormen samen het grootste natuurgebied van de Belgische kust (740 hectare).

2. Koksijde

Vanop een unieke locatie dompelt het Duinenhuis je onder in alles wat onze kust te bieden heeft. Met zicht op de Schipgatduinen, krijg je een natuur-educatief aanbod aan lezingen, workshops, geleide wandelingen en een heuse sterrenwacht voorgeschoteld.

Wat verderop ligt, naast het drinkwaterbedrijf Aquaduin, bezoekerscentrum De Doornpanne. De focus ligt hier zowel op natuur als op water(winning). Het drinkwaterbedrijf Aquaduin verzorgt bedrijfsbezoeken en het bezoekerscentrum voorziet gratis veldwerkpakketten voor scholen.

In september 2024 heropent het NAVIGO-Visserijmuseum, na uitgebreide werken om onder andere het 17 meter lange skelet van potvis Valentijn te huisvesten. In 1989 spoelde deze potvis aan op het strand in Oostduinkerke. Het gemeentebestuur van Koksijde begroef hem op het domein van de abdijhoeve Ten Bogaerde. Het was toen al de bedoeling de 17 meter lange potvis later terug op te graven om hem tentoon te stellen. Vissersverhalen, ateliers en een aquarium vervolledigen het bezoek. Begeleid door een gids of met door het museum voorziene werkblaadjes: het kan allebei.

In het Abdijmuseum Ten Duinen waan je je – aan de hand van archeologische vondsten, een bezoek aan de graanmolen en wisselende expo’s – zo in de middeleeuwen. De Duinenabdij was dan ook een van de ‘grote vijf’ abdijen in het middeleeuwse graafschap Vlaanderen. Haar omvang was immens en de abdij had een grote invloed op de streek. Met een aanbod voor kleuter-, lager, secundair en hoger onderwijs.

En dan is er nog MuseOs, een natuurhistorisch museum gespecialiseerd in schedels, skeletten en fossielen van gewervelde dieren.

3. Nieuwpoort

Nieuwpoort (/Middelkerke) biedt drie verborgen natuurparels om aan natuurexploratie te doen: het weidevogelgebied de Puidebroeken, de historische duinen van de Schuddebeurze en de Warandeduinen met bloemrijke duinweiden, een amfibieënpoel en blauwe zeedistel. Het natuurreservaat De IJzermonding (enkel te bezoeken met een gids) is een bijzonder plek. Unieke fauna en flora door de vermenging van het zoute zeewater en het zoete water van de IJzer. Onderwijs rond biodiversiteit? Genoeg trekvogels hier, talrijke steltlopers en meeuwen. En veel kans om ook zeehonden te spotten!

Voor het lager onderwijs is er een doe-expo rond de stormvloedkering. Via puzzels en spelletjes verzamelen de leerlingen een cijfercode. Deze zet de dynamische maquette in gang, net op de manier als de stormvloedkering werkt. Het Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust biedt hier ook leskoffers en -pakketten aan. Op het strand zelf een stormvloedkering bouwen? Of in de klas aan de slag met het lespakket? Ja hoor, het kan!

Nieuwpoort is uiteraard ook een plek die geschiedenis ademt. De onderwaterzetting van de IJzervlakte en de rol daarvan in de Eerste Wereldoorlog kan je ontdekken in een belevenistocht voor kinderen van het lager onderwijs, of in de permanente tentoonstelling.

4. Middelkerke

De bibliotheek stuurt kinderen van de kleuterklas tot de derde graad lager onderwijs het strand en duinen in. Met natuur- en milieukoffers daagt ze leerlingen uit om de natuur te ontdekken en te observeren.

Kusterfgoed ontwikkelde erfgoedkoffers voor leerlingen van de tweede graad lager onderwijs. De koffer neemt leerlingen mee langs een boeiend verhaal over vissers en hun bijgeloof en over de kust als vakantieoord.

5. Oostende

Op de oosteroever werkt Horizon Educatief al vijfentwintig jaar rond ervaringsgericht leren, beleving en creativiteit. De activiteiten voor kinderen leggen de link tussen natuur, milieu, STEM, duurzame energie, visserij en kusterfgoed.

In het Opvangcentrum Vogels en Wilde Dieren kun je dan weer een blik werpen achter de schermen. Welke zeevogels en andere dieren komen hier terecht voor verzorging? Je bent er welkom in de dierverblijven, vliegkooien, zwembaden en in de dierenartskamer! Groepen kunnen een bezoek met een gids volgen, helemaal op maat van de groep.

Al meer dan 30 jaar organiseren de vrijwilligers van het Marien Ecologisch Centrum natuur- en milieugerichte activiteiten ter bescherming van de biodiversiteit aan onze kust. Activiteiten zijn er voor het volledige onderwijs (kleuter, lager, secundair). Gaande van strand en duinen (Hoe is de Noordzee ontstaan? Wat zijn getijden? Waarom is er nat en droog zand?), strandvondsten, biodiversiteit, bezoek van een schip, havenwandeling, natuurexploratie.. Voor elk wat wils!

Met PlaneetZee biedt het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ) tal van lesmodules aan rond actuele zeethema’s. Dit onderwijsplatform laat de leerkracht toe in de klas of op het strand de zee beter te leren kennen.

Provinciedomein Raversyde is een uniek stuk natuur aan zee. Atlantikwall Raversyde is een van de best bewaarde delen van de Duitse verdedigingslinie, met meer dan zestig bunkers, open en ondergrondse gangen, observatieposten en geschutstellingen, gebouwd tijdens de Tweede Wereldoorlog (Batterij Saltzwedel-neu). Je vindt er ook de best bewaarde Duitse kustbatterij uit de Eerste Wereldoorlog, batterij Aachen. Dit uniek bunkercomplex uit WO I ligt in een glooiend duinengebied met uitzicht op zee en werd in 2022 bekroond met een European Heritage Award. Keuze tussen lespakketten of een geleid bezoek met een gids.

6. De Haan

Voor het basisonderwijs voorziet de dienst milieu doe-pakketten, educatieve spelen en veldwerkmateriaal voor onder andere de prachtige duinbossen van De Haan. Maar er zijn ook een speels doe-pakket met een windscherm voor kleuters, een educatief spel met de plasticsoep als rode draad voor de tweede graad en een doe-koffer vol veldwerkmateriaal om de natuur aan zee te verkennen voor de derde graad.

7. Blankenberge

Ook hier voorziet de milieudienst een gratis uitleenbare Zeekoffer. Daarnaast kan je in Sea Life Blankenberge de geheimen onder de waterlijn ontdekken of je milieubewustzijn aanscherpen met een sessie over plasticvervuiling in de oceaan. In bezoekerscentrum Groenwaecke leer je De Uitkerkse polder beter kennen via een educatieve tentoonstelling of door onderzoek van het leven in een poel.

8. (Zee)Brugge

In het Natuurcentrum Beisbroek staat ervaringsgericht leren centraal in het interactieve aanbod: kinderen de natuur laten zien, ruiken, voelen… Met alle zintuigen de natuur beleven. Op het strand in Zeebrugge zet de natuur-educatieve strandcabine je verder op weg. Ook Natuurpunt geeft uitleg over de bijzondere fauna en flora.

9. Knokke-Heist

Het Zwin Natuur Park biedt, onder de roepnaam 'internationale luchthaven voor vogels', geleide wandelingen, interactieve tentoonstellingen en workshops aan. Het park beschikt over een laboklas en kan zowel lager, secundair of hoger onderwijs ontvangen.

In HEY ontdek je alles over het Knokke-Heist van toen, nu en straks. En in het For Freedom Museum Knokke-Heist is de link met WO II in de kuststreek nooit veraf.

Naast de bezoekerscentra, al dan niet met gids, kan je als leerkracht ook zelf aan de slag. Op de pagina van Klasbakken vind je alle pakketten, koffers, uitstappen en folders uit het educatief aanbod van de Provincie West-Vlaanderen. Je kan filteren op onder andere doelgroep, thema en locatie.

Mis deze evenementen niet

Naast de jaarrond toegankelijke bezoekerscentra, zijn er ook één- of meerdaagse evenementen die bol staan van interactie en kennis, en open staan voor leerkrachten op zoek naar zeegebonden informatie. Maritieme evenementen als Oostende voor Anker, maar ook tal van haven- en visserijfeesten, zijn telkens weer een bron van inspiratie. Als leerkracht, leerling of geïnteresseerde ‘tout court’ kun je ook deelnemen aan de jaarlijkse ‘LifeWatch’ Grote Schelpenteldag, een initiatief van het VLIZ, Eos Wetenschap, Natuurpunt, Kusterfgoed, de Strandwerkgroep, de Provincie West-Vlaanderen en de tien kustgemeenten. Tijdens dit initiatief draag je niet alleen bij aan de wetenschap (zie 'Zelf wetenschapper worden?!'), maar kom je van alles te weten over de schelpen die aanspoelen aan onze stranden. Alle kustgemeentes in België doen mee, maar ook Nederland en een aantal posten in Noord-Frankrijk. Samen goed voor 400 km Noordzeestrand!

Wanneer we zomer zeggen, zeggen we festivals. En waarom geen heus wetenschapsfestival? ZEEKERWETEN is een burgerwetenschapsfestival dat gezonde zeeën centraal plaatst en het brede publiek (inclusief het onderwijs) wil mee krijgen in de noodzaak om duurzaam met oceaan, zeeën en water om te gaan. In het weekend van 15-16 juni 2024 zal het Marien Station Oostende bruisen van wetenschap, kunst en creativiteit.

Zelf wetenschapper worden?!

Burgers die, mits een gepaste begeleiding, wetenschappelijk onderzoek doen. Het is zo oud als de straat. Denk maar aan de vele natuurliefhebbers die sinds jaar en dag hun waarnemingen doorspelen aan onderzoeksinstellingen. De eerdergenoemde Grote Schelpenteldag, het Grote Vogelweekend van Natuurpunt, de AIRbezen die de luchtkwaliteit maten of de gazondolken van CurieuzeNeuzen doen wellicht een belletje rinkelen.

Burgerwetenschap (citizen science’) slaat op onderzoek uitgevoerd door niet-professionele wetenschappers (burgerwetenschappers), onder begeleiding van professionele vorsers. Naast het genereren van nieuwe wetenschappelijke kennis, heeft burgerwetenschap een belangrijk aandeel in gemeenschapsvorming en wetenschapseducatie. De deelname van burgerwetenschappers aan het proces kan in verschillende fases plaatsvinden: van bedenken van onderzoeksvragen en -methodes over observaties tot rapporteren en verspreiden van resultaten. De wijdverspreide beschikbaarheid van internet eind jaren negentig heeft het gemakkelijker gemaakt om informatie te delen, waardoor het aantal burgerwetenschappelijke programma’s aanzienlijk is toegenomen. De afgelopen jaren is het vakgebied van de burgerwetenschap verder uitgebreid, onder andere met de komst van de smartphone, waardoor informatie via digitale media nog sneller kan worden gedeeld.

In de klas kan een citizen science project een antwoord bieden, zowel pedagogisch-didactisch als bij verwerking van specifieke vakinhouden. Leerlingen dragen bij aan echte, openstaande wetenschappelijke vragen. Aan de slag gaan met een onderzoeksvraag in een reële context, is niet iets wat leerkrachten elk jaar opnieuw eenvoudig kunnen realiseren. Deelname aan een bestaand project kan hieraan tegemoetkomen. Het maatschappelijk belang daarvan werkt motiverend. En zelf los van de specifieke inhoud van het project, leren jongeren bij over de aard van wetenschappelijk onderzoek (‘the nature of science’). Niet enkel onderzoekend en projectmatig leren komt aan bod, maar ook allerlei 21ste-eeuwse vaardigheden. Denk hierbij aan kritisch en creatief denken, samenwerkingsvaardigheden, besluitvorming, actief kunnen bijdragen aan de samenleving, eigenaarschap over leerproces etc.

Benieuwd naar het aanbod aan burgerwetenschap aan zee? Snuister dan eens op www.iedereenwetenschapper.be of raadpleeg de folder van Scivil. Om je nu al zin te doen krijgen, hieronder alvast een voorsmaakje!

* Heb je iets leuks op het strand gevonden, maar je weet niet wat het is? Dan helpt ObsIdentify, een gratis app op je smartphone, je vondst te identificeren. Wanneer je je vondst vervolgens ingeeft via Waarnemingen.be deel je die met vrienden en wetenschappelijke instituten voor verder onderzoek.

* Ook dood aangespoelde vogels ontsnappen niet aan de aandacht. Al meer dan zestig jaar documenteren vrijwilligers (o.l.v. het INBO) aangespoelde vogels aan onze stranden, onder andere als maat voor de olievervuiling op zee. En via het Europese vogelringplatform (CR-birding.org) kan je een waarneming van een “ge(kleur)ringde” meeuw doorgeven. Zo weten onderzoekers welke vogel zich waar en wanneer bevindt!

* De kleur van het water kan ons dan weer iets vertellen over hoeveel algen het bevat en hoe gezond de rivier, het meer of de onderzochte zee is. Algen zijn immers belangrijk als voedsel voor tal van dieren. Met de Eye on Water app kan jij de kleur en doorzichtigheid van het water bepalen.

* In het LifeWatch SeaWatch-B programma meet een netwerk van burgerwetenschappers de toestand van de Noordzee vanop Belgische stranden (temperatuur zeewater, zeedieren, afval, etc.)

* En dan is er nog het CoastSnap-programma dat burgers uitnodigt om vanop vaste palen een foto te nemen van de kustlijn. Als genoeg burgers hieraan meewerken, kunnen onderzoekers hieruit de afslag of aangroei van het strand afleiden. Lessen aardrijkskunde worden hiermee een pak concreter!

Of wil je gewoon op de hoogte blijven van degelijke zee-informatie?

Lezen? Of meer dan dat?

Blue Schools

Moet al die zeekennis eigenlijk wel?

Leidt meer kennis tot een grote betrokkenheid? Zijn mensen die meer weten over een onderwerp daadkrachtiger? Nog veel onderzoek is nodig. Maar intuïtief voelen we aan dat degelijke kennis leidt tot meer inzicht, en mogelijk tot duurzame acties. De timing zit alvast goed, nu de ‘UN Decade of Ocean Science for Sustainable Development’ op kruissnelheid komt. Door de periode 2021-2030 uit te roepen tot het decennium van de oceaan benadrukken de Verenigde Naties het belang van oceaanwetenschap, bij het verwezenlijken van de 2030-agenda voor duurzame ontwikkeling. Terzelfdertijd wil de VN de wetenschappelijke kennisbasis in kaart brengen en versterken, en met nieuw onderzoek de duurzaamheidsdoelstellingen verder onderbouwen en oplossingen aanreiken voor het marien beleid. Ook het informeren en betrekken van burgers (inclusief het onderwijs) bij de mariene wetenschappen, met het oog op meer oceaangeletterdheid, staat hoog op de agenda. Onder het motto: “The Ocean we need, for the Future we want”. Een niet mis te verstane oproep.

Canadese Fiona zorgt voor hoop rommel op onze stranden

Wie is Fiona? Het was een orkaan, de krachtigste ooit. Ze trof op 23 september 2022 de Canadese oostkust en richtte daar enorme vernielingen aan. Maanden later zagen we de gevolgen ook op onze stranden.

Het weekend van 25 en 26 november vorig jaar was memorabel. Een stormachtige wind uit zee zorgde ervoor dat het strand bezaaid lag met losgerukte wieren en allerlei aangespoelde spullen, scheepsafval, houten paletten, veel klein materiaal zoals flessen, schoenen maar ook talrijke boeien en andere visserij gerelateerd materialen (visbakken, netten, drijvers). Vrijwel alle voorwerpen waren begroeid met eendenmossels. Ze hadden duidelijk lang in zee rondgedreven alvorens bij ons te stranden.

Altijd boeiend om te achterhalen waar aangespoelde voorwerpen vandaan komen en waar ze voor dienen. Veel van het visserijmateriaal had een Canadese herkomst. Dat bleek uit het model van sommige boeien (kleurrijk, kogelvormig) maar ook een golfbal afkomstig uit een Canadees golfresort, wees op een Canadese herkomst.

Transoceanische oversteek

In mei is het uitkijken naar geep

Geep is misschien niet moeders mooiste, maar lekker is ze zeker wel. De langgerekte vis met groenblauwe rug, lange bek, grote ogen en groene graten duikt vanaf mei terug op langs onze kusten. Dan is hij ook in de betere viswinkel te vinden. Dat de soort op zijn retour is bij de consument, vindt Romeo Rau – vishandelaar uit Nieuwpoort – onterecht. Het vaste visvlees smaakt als een lekkere mix tussen paling en makreel.

Geep, groengraat, sneppe

In de keuken

Denen fileren geep en rollen de filets op – vastgezet met een tandenstoker – vooraleer ze te stoven. Fransen wentelen vingerlange stukken in bloem, bakken ze licht en serveren ze met een saus van zuring. In Noord-Duitsland wordt geep ‘arbeiderspaling’ genoemd en gefrituurd gegeten met gebakken aardappels en rabarbercompot. Je kan ze in hun geheel op de BBQ bakken, in aluminiumfolie gewikkeld met wat kruiden. Geep roken geeft ook een goed resultaat. En de eitjes van paairijpe vrouwtjes zijn zeer geliefd bij kenners. “Geep heeft geen nood aan gecompliceerde recepturen,” zegt Romeo Rau, vishandelaar in Nieuwpoort. “KISS (keep it simple stupid): simpelweg bakken in de pan en opdienen met een bruine boterham. Zo maak je er een vistijn van! Veel graten? Zie het als een moment van onthaasting. En oefening baart kunst. Voor je het weet heb je de graat-skeletstructuur gevisualiseerd en peuter je die graten als een volleerde vischirurg los. Mijn zoon at reeds op driejarige leeftijd ‘autonoom’ geep, en ja het is goed gekomen met hem.”

Blauwe graten: gesprekstof aan tafel

Heel speciaal zijn de fluorescerend appelblauwzeegroene graten van geep. Te wijten aan een onschadelijk afbraakproduct van bloed in de gal (biliverdine), dat zich opstapelt in het skelet en in collageen-rijke weefsels van de vis. Japanners eten de blauwe graten zelfs graag. Ze dopen ze in gekruide bloem en bakken ze een paar minuten tot knapperig. Ook eens proberen? Wat het nut is van de blauwe graten is niet bekend. Hierdoor zijn ze in ieder geval goed zichtbaar op je bord. Dus helemaal geen reden om deze lekkere vis niet uit te proberen. Geep lijkt ons alvast een mooi alternatief voor de bedreigde paling. En gesprekstof aan tafel krijg je er gratis bij!

 

- Fishbase: Belone belone - https://fishbase.mnhn.fr/summary/47; Belone svetovidovi: www.fishbase.se/summary/9195.
- Fockedey, N. & J. Breine (2020). In mei… legt de meivis een ei | De Grote Rede 51: www.vliz.be/groterede/magazine/51#mei-legt-de-meivis-een-ei
- Heessen et al. (2015). Fish atlas of the Celtic Sea, North Sea and Baltic Sea | VLIZ-bib.
- Jüttner et al. (2013). Biliverdin: the blue-green pigment in the bones of the garfish (Belone belone) and eelpout (Zoarces viviparus): www.researchgate.net/publication/257372986_Biliverdin_The_blue-green_pig...
- Video jagende geep: https://youtu.be/XV8DgNOy_u8?si=CFQlpzWptus32B4o

Grote graafwerken in de duinen?

Duinen zijn kleine paradijzen: wind door je haren, zand onder je voeten, zonnetje op je snoet… Je ademt frisse zeelucht in, het ruisen van de zee aangevuld met de zang van de nachtegaal in het struikgewas. Via een wirwar van kleine paadjes sta je ineens op een open vlakte waar de leegheid ruimte schept in alle chaos. Welkom in de Vlaamse kustduinen! … Maar wat doet die kraan daar?

Kustduinen, een wel heel bijzonder stuk natuur

Duinen zijn unieke biotopen. In de kustduinen tref je natuurtypes die je nergens anders in Vlaanderen ziet. Vochtige duinpannes, soortenrijke duingraslanden, duinstruwelen vol leven en helmduinen als iconische trekpleister. In elk habitat vind je kenmerkende planten en dieren. De rugstreeppad geniet van open duinen en de nabijheid van water. De kleine parelmoervlinder legt haar eitjes op het zeldzaam geworden duinviooltje, een typische soort voor mosduinen. En het vleugje onfris aroma dat je neus binnendringt, is afkomstig van een van onze grootste orchideeën van droge en kalkrijke plaatsen: de bokkenorchis.

Niet-inheemse planten als bedreiging

Herstel via 'LIFE DUNIAS'

Wie een wandeling maakt in onze duinen, botst tegenwoordig her en der op grote graafmachines. De machine graaft tot een meter diep de wortels van woekerplanten uit, voornamelijk rimpelroos en mahonie. Het opgeschepte zand gaat met wortels en al in een zeef, die alles scheidt. De wortelresten zijn grondstof voor verdere compostering. Het zand gaat terug de duinen in. Een zandig duin blijft achter. Maar geen nood, de natuurlijke vegetatie herstelt spontaan na de werken.

De komende jaren verwijdert het Europese LIFE DUNIAS-project struikachtige invasieve uitheemse planten in de Vlaamse kuststrook. Grote graaf- en zeefmachines nemen aanzienlijke stukken duin voor hun rekening. Kleine machinerie, spade of handwerk gaan kleinschaliger te werk bij het verwijderen van verschillende woekerplanten.

Maar ook jij kunt je steentje bijdragen! Door natuurvriendelijke plantenkeuzes te maken bij het aanleggen van jouw tuin is het mogelijk om de biodiversiteit te steunen, de tuinbeleving te verhogen en de maatschappij geld te besparen. Plant geen woekeraars en kies bewust voor inheemse planten. Zo houden we samen, ook in de toekomst, natuurreservaten woekerplantvrij.

 

- De keerzijde van uitheemse planten (2023). www.natuurpunt.be.
- Boardman C. & P.H. Smith (2016). Rates of spread of Rosa rugosa (Japanese Rose) determined by GIS on a coastal sand-dune system in Northwest England.

Duurzaamheidsdoelstellingen onze kust SDG17: partnerschap om doelstellingen te bereiken

De Verenigde Naties stelden in 2015 een nieuwe, mondiale duurzame ontwikkelingsagenda op voor 2030, met daaraan duurzame ontwikkelingsdoelstellingen gekoppeld. Die zeventien Sustainable Development Goals (SDG’s) schetsen ambitieuze doelen. In deze rubriek bespreken we die doelstellingen en subdoelstellingen voor onze kust. Hoe ver staan we tegenover deze doelen, we zoeken het graag samen uit.

SDG 17- Versterk de implementatiemiddelen en revitaliseer het wereldwijd partnerschap voor duurzame ontwikkeling

Duurzame ontwikkeling vindt zijn oorsprong in mondiale, nationale en zelfs regionale of lokale samenwerkingen. Deze samenwerkingen verbinden mensen of organisaties met een gemeenschappelijk doel. De mate waarin deze samenwerkingen vorm krijgen, is afhankelijk van de context (economisch, financieel of institutioneel kader) waarin ze opereren. Een partnerschap gaat echter nog een stap verder. Het vereist niet alleen een nauwe samenwerking gebaseerd op wederzijds respect. Het vergt ook concreet engagement om ervoor te zorgen dat (een) bepaalde doelstelling(en) op een doeltreffende manier wordt bereikt. Effectieve partnerschappen voor duurzame ontwikkeling en een hoge mate van betrokkenheid van de stakeholders gaan dan ook hand in hand. De SDG 17 schuift het aanmoedigen en bevorderen van “doeltreffende openbare, publiek-private en maatschappelijke partnerschappen” als een van de concrete taakstellingen naar voor.

Wat is de situatie vandaag aan onze kust?

- www.rijksoverheid.nl/documenten/convenanten/2017/02/21/kustpact
- www.sdgs.be/nl/sdgs/17-partnerschap-om-doelstellingen-te-bereiken
- www.conservatoire-du-littoral.fr/
- www.west-vlaanderen.be/vogelgriep-kust

Dé nieuwe trend: krabben vangen in Oostende

Ik weet nog de eerste keer dat ik met mijn ouders en zusje naar de vismarkt ging om er een praatje te maken met de visvrouwen terwijl die hun waar verkochten. We lachten wat, praatten over het weer en de vangst. En kregen toen een flinke portie ingewanden overhandigd om ermee op krabben te vissen. Ze wensten ons succes en dat was het! Vervolgens liepen we naar de pier, een houten constructie met donkerzwarte planken als vloer en een witte rand die zorgt dat je er niet af valt. Vroeger telde ik altijd elke spijker in de zwarte planken voordat ik er mijn voet op zette. En om de zoveel meter is er een bankje, waar mijn opa en oma graag op rusten als wij bezig zijn met onze krabbennetjes.

Kan jij ontsnappen? Escaperoom secundair onderwijs

Een escaperoom is een interactief spel waarbij de spelers uit een kamer moeten zien te geraken. Door samen te werken, puzzels op te lossen en aanwijzingen te vinden, ontsnappen ze tijdig. Het doel is om de code te kraken door het oplossen van raadsels, het vinden van verborgen voorwerpen en het decoderen van aanwijzingen. Bijna altijd draait een escaperoom rond een welbepaald thema. In dit geval: klimaatverandering!

Ontsnappen? Waaraan?

Ook jij kan bijdragen tot meer zeeonderzoek!

Wist jij dat het VLIZ erkend is als goed doel? Dit houdt in dat het instituut, naast haar reguliere werking, als non-profit stichting private middelen mag werven om doelstellingen van algemeen belang na te streven. Vanuit een filantropische gedachte zetten we via De Zee als Goed Doel in op méér zeeonderzoek. En dit is uniek! In België kan je enkel via De Zee als Goed Doel schenken voor zeewetenschappelijk onderzoek. De focus ligt op het motiveren van jonge mariene wetenschappers, en op het aanmoedigen van onderzoeksinitiatieven waar andere vormen van steun niet beschikbaar zijn.

De Zee als Goed Doel is mogelijk door eigen VLIZ-inzet – met expertise en tijd – en dankzij de VLIZ-lidgelden. Ook financiële bijdragen van donateurs zijn ontzettend belangrijk, evenals sponsoring van bedrijven. Tevens kan De Zee als Goed Doel schenkingen en legaten ontvangen.

Hoe besteedt De Zee als Goed Doel jouw donatie, ledenbijdrage, sponsoring en legaat?

Elke financiële bijdrage gaat naar een goed zeedoel, ergens ter wereld en met een bepaalde focus. Alle financieren ze projecten en acties die de wetenschappelijke kennis over de zee vergroten en het maatschappelijk bewustzijn rond het belang van zeeën en oceaan bevorderen.

Wat krijg je terug als VLIZ-lid?

Wat krijg je terug voor je donatie?

Het VLIZ is gemachtigd om op donaties vanaf 40 EUR per jaar fiscale attesten uit te reiken. Indien wij beschikken over je voor- en achternaam en rijksregisternummer (op vraag van de overheid) zorgen wij ervoor dat je gegevens automatisch op je belastingsbrief komen. 

Een gift overmaken kan via het rekeningnummer IBAN BE70 0017 1687 3425 (BIC GEBABEBB) van het Vlaams Instituut voor de Zee vzw (BNP Paribas Fortis. Jacob Besagestraat 54, 8400 Oostende) met de vermelding ‘donatie’ + rijksregisternummer. Doneer jij voor die extra stimulans voor zeewetenschappelijk onderzoek?

Wat krijg je terug als sponsor?

Samen zoeken we de verbinding tussen de core business van jouw bedrijf en de belangen van de zeeën en oceaan. We bespreken de gewenste sponsoropdracht en zorgen voor visibiliteit op maat. DEME, Antea Group, Otary en HAEDES mochten we reeds als sponsor voor de BMRI-beurzen verwelkomen. Evenals Hotel Leopold Oostende voor ondersteuning tijdens de deelnamebeurzen, en Knapp voor kleinere evenementen. Wordt jouw bedrijf een van onze volgende sponsors?

Voor meer informatie of persoonlijk advies, kun je steeds vrijblijvend en discreet terecht bij Karen Rappé, contactpersoon filantropie VLIZ: filantropie@vliz.be, +32 (0) 498 72 60 23

https://www.vliz.be/nl/de-zee-als-goed-doel  

VLIZ, InnovOcean campus, Jacobsenstraat 1, 8400 Oostende

Zeewoorden

Wij zochten de betekenis van enkele intrigerende zeewoorden voor u op.

Alikruik

De alikruik is een kleine zeeslak, niet meer dan zes à zeven centimeter groot, die in ondiepe wateren leeft dicht bij de kust. Vandaar haar wetenschappelijke naam Littorina. Ze behoort tot de klasse der kieuwslakken, slakken die ademen door middel van kieuwen. Ze is wijdverspreid over het Noord-Atlantische gebied en heeft een voorkeur voor harde ondergronden zoals rotsen en stenen, al houdt ze zich ook wel op in getijdenpoeltjes. Aan onze kust tref je ze vaak aan tussen stenen van strandhoofden, op havenmuren, houten palen en oesterbanken. De alikruik bestaat in heel wat soorten, waarvan in onze contreien de gewone alikruik, de ruwe alikruik en de stompe alikruik de belangrijkste zijn. De slakjes hebben een sterke, enigszins kegelvormige schelp, al dan niet voorzien van concentrische banden. Afhankelijk van de soort en de omgeving kunnen hun huisjes bruingrijs dan wel feller gekleurd zijn.

Van gepantserde zeewierschraper tot delicatesse

Etymologie: nog deels ongeklaard

Alikruik is een betrekkelijk jong woord. De oudste vindplaats in het WNT komt uit een Hollandse bron uit 1634. Hoe het bewuste slakje voordien werd genoemd, is onbekend. Volgens verschillende etymologische woordenboeken stamt alikruik uit het Zeeuws, maar bewijzen daarvoor ontbreken (zie Etymologiebank onder dit woord).

Het tweede deel van de samenstelling gaat terug op kreuk, dat ‘plooi, knak’, kronkel’ betekent en hier verwijst naar de getorste vorm van de alikruikschelp. In nogal wat gewestelijke varianten van de benaming verschijnt als tweede deel het verkleinwoord kreukel, bv. Zeeuws aeljekrükel /-kreukel en West-Vlaams  ale-, arekrukel, alekreukel (EWN i.v. alikruik). In het Antwerps en andere Brabantse dialecten worden allerlei soorten zeeslakken kortweg kreukel genoemd. De huidige AN-vorm op -kruik is klaarblijkelijk in het Hollands ontstaan, door aanpassing van het minder doorzichtig geworden kreuk aan het bekendere kruik

Waar de voorbepaling ali- vandaan komt, blijft tot op vandaag een mysterie. Geen enkel Nederlands etymologisch woordenboek waagt zich aan een verklaring. Dat gebeurt wél in twee woordenboeken van het Afrikaans, een taal waarin alikruik en alikreukel overgeërfd werden uit het Nederlands. Van Wyk (2003) suggereert een verband met Latijn aula, olla in de betekenis ‘ketel, pot’, dat gewestelijke Nederlandse vormen oel en uul zou hebben opgeleverd. De voorbepaling in alikruik, alikreukel en andere varianten zou verwijzen naar de schelp van het slakje, die vergeleken wordt met een pot.  Boshoff en Nienaber (1967) reconstrueren voor alikruik en varianten een Griekse vissersterm (h)alikoχlos, die gevormd zou zijn uit Grieks (h)als ‘zee’ en koχlos, ‘slak met spiraalschulp’. Beide verklaringsvoorstellen missen echter een stevige taalkundige onderbouw en doen meer vragen rijzen dan ze beantwoorden. Waar bij voorbeeld komen de door Van Wyk genoemde afstammelingen van Latijns aula voor in het Nederlandse taalgebied? Zijn er nog andere talen waar slakkenhuizen genoemd worden naar een keukenrecipiënt? En hoe geloofwaardig is een hypothetische - want nergens anders teruggevonden - Griekse samenstelling als etymologische basis voor een Nederlands woord? Waarom zijn daar geen sporen van in andere talen, met name rond de Middellandse Zee?  Voorlopig blijft ali- dan ook in nevelen gehuld.

Het Nederlandse alikruik werd ontleend in verschillende Romaanse dialecten, o.m. in het Luiks als haricreute. Via het Afrikaanse alikreukel, zelf geërfd uit gewestelijk Nederlands, kwam het woord terecht in het Engels van Zuid-Afrika als ollycrock (Van der Sijs 2010 i.v. alikruik).

Zeewoorden

Wij zochten de betekenis van enkele intrigerende zeewoorden voor u op.

De Droogte van Schoneveld

Het is bekend dat de monding van de Scheldedelta ooit bezaaid lag met tal van kleine eilanden, die tezamen een soort waddenlandschap vormden. In de loop der eeuwen zijn vele van die eilanden verzwolgen door de zee. Zo viel in de Westerschelde ooit het eiland Wulpen ten prooi aan de golven. Hetzelfde gebeurde met Schoneveld, ergens tussen 1370 en 1376. Die periode kende intense stormvloeden, waaronder die van 1375 bijzonder verwoestend te keer ging. De zandbank op de plek van het overstroomde eiland bevindt zich op vrij korte afstand van de westkust van Walcheren.

Etymologie

De naam Schoneveld, op oude kaarten Schooneveld en Schoon(e)velde, is een doorzichtige samenstelling van veld en schoon. Veld moet hier opgevat worden in zijn oude betekenis ‘woest, onontgonnen land’. De voorbepaling schoon wijst erop dat het veld “opgeschoond ” is, d.w.z. gerooid, ontdaan van wilde begroeiing en klaargelegd voor akker- en weidebouw. Als toponiem aan de wal verschijnt het woord geregeld in Nederland en Vlaanderen, als naam voor landerijen en voor gehuchten die ontstonden op gerooid veld. Diezelfde toepassingen heeft het etymologisch identieke Schönfeld in de Duitse microtoponymie.

Nog eeuwen nadat Schoneveld ten onder was gegaan in het stormgeraas, bleef men de ondiepte die het eiland in zee had achtergelaten, kortweg Schoneveld noemen. De uitgebreide naam Droogte van Schoneveld verschijnt voor het eerst in geschrifte in een bekendmaking in de Nederlandse Staatscourant van 1879 (Nederlandse staatscourant - Google Books). Het duurt nog tot de jaren 1960 eer die naam ook op zeekaarten verschijnt. Een alternatieve benaming voor de ondiepte is Schoonveldbank. Die staat vermeld op de Blankenbergse zeekaart van kort voor 1900 als  Schoonveldb[ank], een naam die volgens de website van het Zeeuws Archief nog altijd in gebruik is (Schoneveld (verdwenen) – Zeeuws Archief).

Droogte, een afleiding van droog, betekent in abstract gebruik ‘droogheid, het droog zijn’, met verschillende concrete toepassingen, waaronder ‘droge plaats’. In de maritieme terminologie ging het woord ook een verheffing van de zeebodem aanduiden, waardoor het synoniem werd met zandbank. Om als “droogte” bestempeld te worden hoeft de ondiepte niet boven de zeespiegel uit te steken, ook niet bij extreem laag tij. Een “droogte” in zee ligt dus niet noodzakelijk droog in de courante betekenis van het woord, het woord verwijst naar een tekort aan water waardoor de vaart belemmerd wordt. Diezelfde gedachte zit ook in droog als eerste deel van het Oostendse droogwater voor ‘ondiep zeewater’ bij Desnerck (2006), alsook in het werkwoord drooglopen, een term uit het Vlaamse vaardersjargon voor ‘vastlopen, met je vaartuig vast komen te zitten in de zeebodem’. Het WNT omschrijft het verschijnsel i.v. droogte als “plaats in een vaarwater waar slechts weinig of in het geheel geen water staat; ondiepte”. Ter illustratie haalt het woordenboek o.m. een reisverslag aan van de Verenigde Oost-Indische Compagne uit 1598, waarin sprake is van “de droochte van vier vadem … daer was de droochte thien vadem diep…” Weinig waarschijnlijk dat de genoemde “droogten” soms boven water kwamen. Alle citaten in het WNT zijn ontleend aan bronnen uit de periode 1596-1724. In het licht van die datering valt niet uit te sluiten dat het tot zandbank verworden eiland Schoneveld al enkele eeuwen in het mondelinge taalgebruik als droogte werd omschreven alvorens het in de 19e eeuw officieel Droogte van Schoneveld ging heten. Het WNT merkt nog op dat het zeewoord droogte als soortnaam “in dezen zin thans ongebruikelijk” is. “Thans” verwijst naar het begin van de 20ste eeuw: het bewuste deel (III-2) verscheen in 1916. Die opmerking strookt echter niet met het (recentere) Woordenboek der Zeeuwse dialecten (WZD), waar droogte verklaard wordt als een nog gangbare schippersterm voor ‘ondiepte’ in de Zeeuwse dialecten. 

Overigens is onze zandbanknaam niet het enige Droogte-toponiem voor de Noordzeekust. Zo vermeldt De Flou de naam Droogte voor “overstroomde landen nabij Oostburg” (…toute la région submergée, au sud du canal d’Oostbourg, dite de Droogte”, 1664) en Droogte van Grevelinge voor “eene ondiepte in de zee, voor Gravelines” (1890).

 

- Boshoff S.P.E. en G.S. Nienaber (1967). Afrikaanse etimologieë. Die Suid-Afrikaanse Akademie vir Wetenskap en Kuns. [zp] Te raadplegen op Etymologiebank.

- De Flou, K. (1914-1938). Woordenboek der toponymie van Westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het Land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu. Gent, Brugge. 18 delen. Indices door F. Rommel, Steenbrugge 1953.

- Desnerck, R. (2006). Oostends Woordenboek. De Haan. Vierde verbeterde en vermeerderde druk.

- Etymologiebank https://etymologiebank.nl/

-  EWN = Philippa M., Debrabandere F. & Quak A. (2003-2009). Etymologisch woordenboek van het Nederlands, 4 delen. Amsterdam, Amsterdam University Press. Te raadplegen op Etymologiebank.

- Van der Sijs N. (2010).  Nederlandse woorden wereldwijd, Den Haag. Te raadplegen op Etymologiebank.

- G.J. van Wyk, G.J. (2003). Etimologiewoordeboek van Afrikaans. Stellenbosch. Te raadplegen op Etymologiebank.

- WZD = Ghijsen H. (1964). Woordenboek der Zeeuwse Dialecten. Den Haag, Van Goor Zonen.

- WNT = Woordenboek der Nederlandsche Taal. ’s Gravenhage/Leiden, 1864-1998. https://gtb.ivdnt.org/

In de branding

indebranding_fig.1_kustkiekje_small.jpg

Kustkiekjes (Grote Rede 58)

Het betreft een zeepaddenstoel, ook wel bloemkoolkwal genoemd. De soort is makkelijk te herkennen aan de vrij bolle hoed met zijn typische donkerblauwe rand en aan zijn formaat. Deze kwal spoelt soms vrij massaal aan in de nazomer, waarbij exemplaren van dertig centimeter doorsnede geen uitzondering zijn! En het goede nieuws? Deze kwal netelt niet bij mensen, of beter, de afgevuurde harpoentjes uit de netelcellen geraken niet door de menselijke huid.

Jan Seys
indebranding_fig.2_zeekerweten.jpg

ZEEKERWETEN

Gefascineerd door de zee? Vind je een duurzame en gezonde leefomgeving belangrijk, en wil je weten hoe je daaraan kunt bijdragen? Of wil je gewoon genieten van een drankje en hapje in een maritieme sfeer? Dan ben je bij het gratis ZEEKERWETEN gezinsfestival op 15-16 juni 2024 aan het goede adres! Het Marien Station Oostende zal bruisen van wetenschap, kunst en creativiteit. De zeespiegelstijging aan de lijve ondervinden via VR, theater of inspirerende wandelingen. Live dissecties van zeevogels. Je unieke zeevraag of –vondst voorleggen aan experten. Ontdekken van biodiversiteit in het zeeatelier op Oosteroeverstrand. Proeven van zeevoedsel van de toekomst. Stand-up comedy over het zeetje. En vooral heel wat doe-dingen, voor jong en oud! Meer info: www.zeekerweten.be.

Jan Seys
indebranding_fig.3_schelde-delta.jpg

Nieuws uit de Schelde-delta

Het Schelde-estuarium vormt een uniek samenhangend gebied dat de grensstreek tussen Vlaanderen en Nederland verbindt. Alles samen gaat het om een gebied van 5.500 km², verspreid over 63 partnergemeenten en met zo’n 1.500.000 inwoners. Het strekt zich uit over de provincies West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Antwerpen (B), en Zeeland en Noord-Brabant (NL). De provincie West-Vlaanderen werkt mee aan het project (Be)Leefbare Schelde dat de toeristische troeven van de grensoverschrijdende Schelde-Delta regio verder wil ontwikkelen. Tevens is het project gericht op het verplaatsen van de toeristische druk van de kust naar het binnenland en op het verkrijgen van de UNESCO-Geopark-status voor het gebied. Een UNESCO-status zou de erkenning betekenen van Geopark Schelde Delta als een plaats van internationaal geologisch belang, met een omvattende aanpak van bescherming, educatie, wetenschap en duurzame ontwikkeling. Meer info: www.scheldedelta.eu/nl.

Maxime Depoorter

Colofon

‘De Grote Rede’ is een gratis informatieblad uitgegeven door het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ; www.vliz.be). Dit boeiende tijdschrift wordt samengesteld met de hulp van een zelf schrijvende redactie van maritieme professionals die zetelen ten persoonlijke titel. Noch de redactie, noch het VLIZ zijn verantwoordelijk voor standpunten vertolkt door derden. Overname van artikelen is toegelaten mits bronvermelding.

Interesse?
Gratis abonneren kan via www.vliz.be/groterede/inschrijven of telefonisch.

Verantwoordelijke uitgever

Jan Mees (VLIZ), Jacobsenstraat 1, B-8400 Oostende, België

Coördinatie en eindredactie

Jan Seys, Nancy Fockedey en Bart De Smet (VLIZ), 059/33.60.00, jan.seys@vliz.be

Redactieleden

Gert Coone, Binke D’Haese, Maxime Depoorter, Bart De Smet, Ine Demerre, Nancy Fockedey, Lotte Janssens, Dominique Jauquet, Francis Kerckhof, Thomas Lanssens, Tine Missiaen, Hans Pirlet, Ruth Pirlet, Sam Provoost, Karen Rappé, Frederik Rogiers, Marc Ryckaert, Jan Seys

Zeewoordenteam

Roland Desnerck, Magda Devos, Nancy Fockedey, Jan Seys, Johan Termote, Dries Tys, Carlos Van Cauwenberghe, Fons Verheyde

Met medewerking van

Debby Deconinck, Jade Sintobin, Reinhardt Strubbe, Annelore Van Nieuwenhove, Ward Van Roy

Vormgeving

Bredero Graphics, Melle

Foto’s en grafieken

Agentschap Natuur en Bos – LIFE DUNIAS, Ann-Sophie Deldycke (Beaufort24), David Samyn, E. A. Lazo-Wasem, Elien De Mooter (Sint-Catharinacollege Geraardsbergen), EU4Ocean, Francis Kerkchof, Gemeente Koksijde, Hannelore Verhaeghe, Instituut voor Natuurwetenschappen – OD Natuur, Jan D'Hondt (Ateljé D), KBR, Marcelle Davidse, MARPOL, McKinley et al. (2023), Mythras Books, Provincie West-Vlaanderen, Shutterstock, Vilda (Stijn Smits), VLIZ (Decombel), Westtoer

Drukkerij

Lowyck drukkerij
Gedrukt op maco halfmat 115 g (FSC Mix credit)
in een oplage van 9.500 ex

Algemene informatie

VLIZ vzw
Jacobsenstraat 1, B-8400 Oostende
Tel.: 059 33 60 00
e-mail: info@vliz.be
www.vliz.be
ISSN 1376-926X