LOONTREKKENDE WERKGELEGENHEID


Eind 2004 telde de kustzone 132.805 loontrekkenden. Zij vertegenwoordigden 34,8 procent van het West-Vlaamse totaal. Ten opzichte van midden 1998 steeg de loontrekkende werkgelegenheid in de kustzone met 7,1 procent. In heel West-Vlaanderen bedroeg de toename slechts 5,4 procent. De kustzone wordt gekenmerkt door een zwakke industriële basis. Het aandeel van de industrie in de loontrekkende werkgelegenheid bedraagt slechts 9,8 procent aan de kust en 17,5 procent in het hinterland.

De tewerkstellingsstructuur geeft een indicatie van de economische structuur. Welke sectoren zijn het sterkst vertegenwoordigd, welke zijn de groei- en krimpsectoren, hoe verhoudt de regio zich tot andere regio’s, welke verschuivingen deden zich voor in de recentste periode?

De loontrekkende tewerkstelling wordt verdeeld in volgende hoofdsectoren:

  • primaire sector: land- en tuinbouw en visserij
  • secundaire sector: opgesplitst in industrie en bouw
  • tertiaire sector: commerciële diensten of handel
  • quartaire sector: niet-commerciële diensten of non-profitsector

    Door te grote verschillen tussen de dataverzameling van loontrekkende en zelfstandige tewerkstelling, werd ervoor geopteerd de analyse te beperken tot de loontrekkende tewerkstelling.


  • >> Fiche : LOONTREKKENDE WERKGELEGENHEID  Klik hier om naar de fiche te gaan

  • Loontrekkende tewerkstelling naar sector, december 2004
  • Evolutie van de loontrekkende tewerkstelling naar sector, juni 1998 - december 2004
  • Aandeel van de industrie in de totale loontrekkende tewerkstelling, 31 december 2004
  • Bron  : Provincie West-Vlaanderen, Dienst economie