“Altius, Citius, Fortius” of hoger, sneller en sterker: deze uitdrukking van de Romeinen gaat zeker op voor de ontwikkeling van de windturbines op zee (offshore). In GR45 (2016) stond te lezen dat er toen 181 windturbines op het Belgisch deel van de Noordzee actief waren, verdeeld over drie parken. Maar daar bleef het niet bij. In datzelfde jaar werd vanuit de haven van Oostende het Nobelwindpark gebouwd, in 2017 was het iets kalmer, maar 2018 belooft een grand cru jaar te worden (zie overzichtstabel). Het vijfde windmolenpark, Rentel, is intussen ver gevorderd met de installatie van in totaal 42 windturbines vanuit Oostende. Het zesde park, Norther, zal dit jaar de funderingen installeren en zal afgewerkt zijn in september 2019, met nog eens 44 molens. Kort erna komen nog de parken Northwester2 (22-70 turbines), Seastar (30) & Mermaid (28). Als alles naar wens verloopt zullen tegen 2020 negen offshore windparken, met in totaal 398-446 windturbines en een geïnstalleerd vermogen van 2,268 GW, operationeel zijn in het Belgisch deel van de Noordzee. Goed nieuws, want tegen 2020 heeft de Europese Unie zich voorgenomen om de uitstoot van broeikasgassen met 20 procent te verminderen in vergelijking met 1990. Ook België heeft deze belofte gemaakt en de bouw van windmolenparken helpt bij het halen van deze doelstelling. Dat het hier overigens om een meer dan behoorlijke kapitaalinbreng gaat, moge duidelijk zijn. De gezamenlijke investering van de eerste 6 parken (C-Power t.e.m. Norther) van 2009 t.e.m. 2019 bedroeg 5,773 miljard EUR. Om dit bedrag in verhouding te plaatsen: dit is 1,3% van het Bruto Binnenlands Product (2017 als referentiejaar).
Eenmaal alle huidige 9 windparken gebouwd zijn (voorzien tegen 2020-2021) komen er in principe bijkomende zones voor offshore windparken. Dit is nog onder voorbehoud van de lopende consultatie voor het nieuwe Marien Ruimtelijk Plan 2020-2026 (alsook de uitvoering van o.a. het Energiepact). Met deze nieuwe zoekvensters voor offshore windenergiewinning komt het streefdoel van 4 GW offshore wind energieproductie in het vizier. In het ontwerp Marien Ruimtelijke Plan 2020-2026 zijn 3 nieuwe zones afgebakend: Fairybank (ca 109km²), Noordhinder Zuid (ca 65km²) en Noordhinder Noord (ca 44,5km²), goed voor in totaal ca 218 km².